CANADA MIJMERINGEN (IX)

 

ER ECHT VOOR ELKAAR ZIJN

 

Gisterochtend in Neerlandia een preek gehoord vanuit Nehemia 5:1-14. Een preek die verrassend en confronterend was. Die laat zien hoe Gods Woord voor alle tijden van het grootste belang is. Even heel kort waar het in Nehemia 5 om gaat.

Een groot deel van de teruggekeerde ballingen hebben honger. Ze zijn arm geworden. Ze kunnen ook geen eten kopen zonder om eigen land of kinderen kwijt te raken. De rijken worden rijker en de armen worden armer. Een belangrijke oorzaak is dat de rijken de armen onder Gods volk wel geld willen lenen. Waardoor ze nog even verder kunnen. Maar de rijken vragen daarbij wel rente. Het gevolg is dat het armere deel van het volk al meer afhankelijk van de rijken wordt. Ze kunnen de rente niet opbrengen. Het gevolg is dat door de rente de rijken al meer land in bezit krijgen en de kinderen van de armen al meer slaaf worden in dienst van de rijken.

De reactie van de HEERE door Nehemia is de volgende: “Ik zei tegen hen: Wíj hebben onze broeders, de Joden, die aan de heidenvolken verkocht waren, teruggekocht zoveel als in ons vermogen lag; gaat ú nu weer uw broeders verkopen zodat ze weer aan ons zouden worden verkocht? Toen zwegen zij en vonden geen antwoord. En ik zei: Wat u doet, is niet goed. Moet u niet wandelen in de vreze van onze God vanwege de smaad van de heidenvolken, onze vijanden? Lenen ook ik, mijn broers en mijn knechten geld en graan aan hen tegen rente? Laten we toch deze rente achterwege laten.

Geef hun toch vandaag nog hun velden, hun wijngaarden, hun olijfbomen en hun huizen terug, en ook het honderdste deel van het geld en het graan, de nieuwe wijn en olie, die u hun leent.” Vs 8-11

In de preek werd er terecht de nadruk op gelegd hoe we ook op het gebied van geld en bezit met elkaar in de kerk van Christus hebben om te gaan. Daarbij werd ook verwezen naar Handelingen 4:32-37 verwezen.

Ik wil het nu wijder trekken. Juist omdat de door God bevolen omgang met elkaar in de gemeente laat zien hoe de echte goede omgang van alle mensen op aarde is.  De omgang in de gemeente van Christus hoort te zijn dat niemand gebrek lijdt. Dat we voor elkaar zorgen. Niet op een zuinige manier maar ruimhartig. Dat niemand ten koste van de ander rijk en welvarend wil zijn. Dat hoort bij een leven in liefde voor God en de naaste. Let dan ook op dat woord naaste. Dat is niet alleen jouw broer en zus in de kerk. Niet alleen jouw medegelovige. Daarbij gaat het om iedereen!

Als je dan eens bedenkt hoe we in het rijke Westen in welvaart leven ten koste van anderen op deze wereld. Dat wij onze grondstoffen en eten zo goedkoop willen krijgen dat wij heel veel krijgen en de landen en mensen bij wie het weg moet komen in armoede leven. Door onze leningen en ons goedkoop in willen kopen maken we andere mensen slaven van ons. Denk o.a. aan de omstandigheden waarin kleding gemaakt moet worden die voor ons bekostigbaar is.

Wij zouden ons meer moeten schamen voor eigen welvaart over de rug van anderen. Als je dan bedenkt dat er op ontwikkelingshulp gekort gaat worden door onze regering is plaatsvervangende schaamte meer dan op zijn plaats. Wat in dit licht te denken van salarissen van miljoenen en miljoenen per jaar terwijl anderen creperen op deze wereld? Goed verdienen en billijke rente is niet per se verkeerd, maar als ons economische systeem ervoor zorgt dat een deel van de wereldbevolking in diepe armoede leeft, terwijl anderen meer en meer als genoeg hebben en nog rijker worden, moeten we ons o.a. door dit deel van Gods Woord laten aanspreken en ontmaskeren. Echte christelijke politiek zou zich op dit punt sterk moeten maken en een duidelijk bijbels geluid moeten laten horen. Dit heeft niets met links of socialistisch te maken. Dit is niets anders dan vanuit de liefde van en tot God in liefde voor je naaste te willen leven!

 

 

CANADA MIJMERINGS (IIX)

 

Jesus bid en sien ons

 

“En onmiddellik het Jesus sy dissipels verplig om in die boot te klim en vooruit na die oorkant te vaar, na Betsaida toe, terwyl Hy die skare wegstuur. Nadat Hy van hulle afskeid geneem het, het Hy na die berg gegaan om te bid. Toe dit aand geword het, was die boot in die middel van die see, en Hy alleen aan land. Hy het gesien dat hulle worstel met die roeiery, want die wind was teen hulle.” Markus 6:45-48

 

Die lewe kan so donker lyk. Dit kan so lyk as jy na die groot prentjie van die wêreld kyk. Dit kan so lyk in jou eie lewe. Ons sien op baie plekke in die wêreld hoe mense teenoor mekaar staan. Mekaar die lewe moeilik maak. Mense wat met geweld die lewens van ander mense aantas. Ons sien dit in Suid-Afrika al baie lank. Ons sien dit in Europa en ook in Nederland. De beskadig van ‘n ander se lewe word goed gepraat deur te wys op politiek, op die volk of groep waartoe jy behoort. Mense sien nie meer die mens wat voor jou staan nie maar dit gaan daarom tot watter groep jy behoort. Jy het ‘n verskoning om die ander se lewe te beskadig omdat die ander ‘n ander velkleur het, tot ‘n ander volk behoort, ondersteuners is van ‘n ander span is.

Jy kan deur ander omstandighede in die lewe amper net die donker kant sien. Dit is so belangrik om juis dan op Christus te let. By Hom is daar nie aansien van die persoon nie. Hy beoordeel elkeen op homself. Die Here Jesus het in die gedeelte wat voor Markus 6:45-48 staan gewys dat Hy regtig God se Seun is. Hy is God self wat in Sy liefde tot ons kom. Hy het derduisende mense kos gegee terwyl daar net 5 brode en 2 vissies was. Hy is die Skepper wat uit niks kan gee wat ons nodig het. Hy het die brode en die vissies gebreek en daar was genoeg kos om al die duisende te laat eet. Daar het meer kos oorgebly as waarmee Jesus begin het. Almal het genoeg gekry. Die Here Jesus wys dat Hy God is. Dat Hy vir hulle wil en kan sorg wat na Hom kom as hulle God en Verlosser.

Dan neem Jesus afskeid van die derduisende mense daar. Hy stuur hulle weg. Hy sê vir Sy leerlinge dat hulle na die oorkant moet vaar. Die Here Jesus gaan nou nie met hulle saam nie. Wat gaan Hy doen? Hy gaan na die berg om te bid! Om juis as die mens wat die Verlosser is God se krag te bly kry om Sy werk tot die bitter end te kan doen.

Ons mag weet dat ook as dit donker is, as dit lyk asof die wêreld aan die brand staan die Here Jesus gebid het. Hy bid vandag in die hemel vir elkeen wat in die donker van eie sondes, in die donker van baie moeilik omstandighede by Hom skuil. Kyk o.a. Hebr 7:25  

Jesus se bid beteken dat Hy die gelowiges nooit vergeet nie. Dit is vir Hom nooit te donker en te stormagtig om ons te sien nie. As Sy leerlinge op die water worstel. As hulle amper nie vooruit kom nie. Wanneer die storm loei en hulle lewens in gevaar is, sien de Here Jesus hulle. Hy is God wat mens geword het. Hy voel Hom nie te belangrik om hulle wat kin nood is te sien en te red nie. Hy het juis gekom om te red. Die leerlinge moet ervaar dat hulle hulself nie kan red nie. Hoe belangrik as ons dit ook voel om dan nie wanhopig te word nie maar op Jesus te sien. Om Hom te volg en te bly volg en dan te weet dat Hy gesê het en waarmaak: “En kyk, Ek is met julle al die dae, tot aan die voleinding van die tyd.” Matt 28:20

Jesus is God en Hy doen wat hy beloof het. In die donker skyn Hy as die Lig van die wêreld. Die volgende keer nog meer oor die nood. Ek eindig met ‘n versie wat ek in Nederland op die laerskool geleer het:

’t Scheepken onder Jezus’ hoede,
Met zijn kruisvlag hoog in top,
Neemt, als arke der verlossing,
Allen, die in nood zijn, op.
En sta de zee al hol en hoog
En zweep de storm ons voort,
Wij hebben ’s Vaders Zoon aan bood
En ’t veilig strand voor oog.

 

CANADA MIJMERINGEN (VII)

 

Een verloren leven? Een verloren strijd? 

"Niettemin hebt U ons verstoten en te schande gemaakt, omdat U met onze legers niet oprukt. U doet ons terugdeinzen voor de tegenstander, en wie ons haten, plunderen ons uit ten bate van zichzelf.” Psalm 44:10,11

 

Zondagmorgen lazen en zongen we Psalm 44 in de kerkdienst. Dat trof mij als ik denk aan de kerken in Nederland. Dat geldt ook voor andere landen. Je bent in een gelovig gezin geboren. Je bent door Gods genade gaan geloven. Je hebt met al je gebrek de kinderen die je gekregen hebt in liefde voor Christus en Zijn Woord willen opvoeden. Ook als je geen kinderen hebt gekregen, heb je je in liefde voor Christus voor de opbouw van Zijn gemeente willen inzetten. Met het verlangen en het gebed dat je samen met anderen een Woord voor de wereld hebt. Met hoop en het gebed dat mensen in eigen land weer de weg van niet geloven naar een leven in geloof met Christus vinden.

In de loop van de jaren lijkt het alsof dingen tussen je vingers door lopen. De kinderen, de jeugd en ook anderen om je heen raken al verder bij het leven met Christus volgens Zijn Woord weg. Ze gaan anders geloven. Ze noemen het o.a. gereformeerd 2.0. Een andere uitdrukking om Gods Woord niet meer nemen als het beslissende Woord voor je hele leven. Je hoort predikanten in de binnenkamer zeggen dat de Bijbel, Gods eigen Woord niet beslissend is voor hun beslissingen in eigen leven. Hoe zijn deze dingen mogelijk? Wat doet dat zeer. Zeker als je in eigen leven dit van dichtbij meemaakt. Zo was het ook met veel Joden die in de tijd van het Nieuwe Testament tot geloof in Christus kwamen. Kinderen, ouders, vrienden bleven weigeren om Christus te volgen. Zo was het ook toen mensen door de prediking van zendelingen tot geloof in liefde voor de HEERE kwamen, maar velen die dicht bij je stonden dat niet deden. Wat een pijn!

Gaat de HEERE dan niet meer met ons mee? De samenleving gaat al meer zeggen: dat geloof, die kerk van Christus stelt niet veel voor. Je mag nog achter de voordeur geloven, maar verder moet je er niet mee komen. Hoe kan dit? We kunnen hier allerlei antwoorden geven en toch blijft de pijn als deze dingen gebeuren. Waarop vertrouwen wij dan? Op wie bouwen we dan ook voor de toekomst. Ook voor de toekomst van onze geliefden en de kerk van Christus?

Dan blijft er maar een ding en een iemand over. Dan is er in alle aanvechting maar een adres. Dan is er maar een manier om verder te gaan: “Dit alles is ons overkomen, toch hebben wij U niet vergeten

of Uw verbond verloochend. Ons hart is niet teruggeweken en onze schreden zijn niet van Uw pad geweken, ook al hebt U ons in een oord van jakhalzen verpletterd, en ons met een schaduw van de dood overdekt.” Vs 18-20

Er is er maar een die dan ons door dit heen kan dragen. Dat zien we als we letten op vers 23-25 en we lezen dan verder in Romeinen 8 waar deze woorden worden aangehaald. Lees maar mee:

“Maar om U worden wij de hele dag gedood;

wij worden beschouwd als slachtschapen.

Word wakker! Waarom zou U slapen, Heere?

Ontwaak! Verstoot ons niet voor altijd.

Waarom zou U Uw aangezicht verbergen,

onze ellende en onze onderdrukking vergeten?”

Romeinen 8: “Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking, of benauwdheid, of vervolging, of honger, of naaktheid, of gevaar, of zwaard? Zoals geschreven staat: Want omwille van U worden wij de hele dag gedood, wij worden beschouwd als slachtschapen. Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem Die ons heeft liefgehad. Want ik ben ervan overtuigd dat noch dood, noch leven, noch engelen, noch overheden, noch krachten, noch tegenwoordige, noch toekomstige dingen, noch hoogte, noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde van God in Christus Jezus, onze Heere.” vs 35-39

Begrijpen we alles? Is er geen verdriet en pijn? We begrijpen niet alles en er is verdriet en toch kunnen we verder als we bouwen op Christus bij wie er zonder dat we het verdiend hebben, verlossing en toekomst is. Geloven in Hem zorgt door alles heen voor de zekere overwinning en verlossing.

 

CANADA MIJMERINGEN (VI) 8 november 2024

 

HAAT

In Amsterdam worden Joodse voetbalfans in elkaar geslagen. Veel politie en ME aanwezig en toch loopt het helemaal uit de hand. Gewone mensen worden omdat ze Joods zijn achternagezeten, geslagen en vijf raken flink gewond.

Er klinkt kritiek op het gemeentebestuur en op politie en anderen die bij de handhaving van de openbare orde betrokken zijn. Die kritiek komt ook van mensen die een grote bijdrage geleverd hebben aan het haten van mensen omdat ze een andere afkomst hebben dan de meeste Nederlanders.

We zien over de hele wereld een verharding als het gaat over het spreken over anderen. Denk aan de Amerikaanse verkiezingen. Denk aan woorden die ook in Nederland in de politiek gebruikt worden. Zowel in als buiten het parlement. Het is niet vreemd meer als anderen in het openbaar afgemaakt worden. Dat allemaal in de naam van de vrijheid van meningsuiting. Het moet gezegd kunnen worden. Ook wat ik in mijn onderbuik voel zonder dat ik weet of het echt zo is. Ik voel het zo en dus moet ik het kunnen zeggen. De volgende stap is dat ik zonder bewijzen zeg dat het waar is. Het is een verschrikkelijke ontwikkeling.

Het maakt mensen stuk. Het zorgt voor haat. Dan is het echt oneerlijk om te zeggen dat jij dat met jouw sterke uitspraken niet bedoeld hebt. Het effect bij veel mensen is dat het tot haat komt en tot daden die andere mensen geestelijk en lichamelijk verwonden. Je hebt zulke kwetsende taal niet nodig om je punt te maken. Het mag ook in de politiek er nooit om gaan dat je zo ongenuanceerd spreekt om, maar macht en aandacht te krijgen. Dat is zo fout en verwerpelijk!

Zeker voor een christen. Christus wijst ons ook in deze dingen de goede weg. Hij vertelt ons dat Hij terwijl Hij alle macht heeft en recht daarop heeft gekomen is om te dienen, om te redden, om te genezen. Kijk maar eens in Markus 10:45.

Christus heeft nooit vermoedens of halve waarheid gesproken. Hij had de waarheid lief en sprak nooit anders. Hij wijst elke leugen af. Hij laat zien dat wie onwaarheid spreekt om macht en aandacht te krijgen bij de duivel als de vader van de leugen hoort.

Christus wijst de weg als het gaat om de omgang met andere mensen. Dat is de weg van de liefde. Dat is de weg waarin ik zelfs mijn vijanden liefheb. Laat leiders en invloedrijke mensen in de samenleving eerst eens naar zichzelf kijken als het om uitingen van haat gaat. Laten ze hun spreken en ook wij on spreken als dat nodig is door de liefde en door te willen dienen gekenmerkt worden. Christus en leven in verbondenheid met hem is het medicijn om jezelf te verloochenen en haat en het begin daarvan uit je hart en spreken te verbannen. Wat zou dat heilzaam voor de samenleving zijn.

 

CANADA MYMERINGS (V)

 

Bid ons?

Die uitslag van die Amerikaanse verkiesings is bekend. Donald Trump word die nuwe president. Die een is bly die ander is teleurgestel. Die emosies het hoog opgeloop. Die een haal opgelug asem die ander is vol sorg vir die toekoms.

Ek gaan nou nie op die pad om dit te bespreek nie. Ek kan dit wel baie goed verstaan. Nogtans wil ek op iets anders wys. Ons is baiekeer so besig met wat volgens ons gaan  gebeur. Ons is so besig met ons verwagtings, ons verklaar en voorspel van dinge dat ons ding vergeet. Veral as dit oor iemand gaan wat vir ons nie simpatiek is nie. Ons vergeet baiekeer om te bid. Om ook te bid vir mense wat oor ons gestel is. Wat aangewys is om oor ons te regeer. Christus roep Sy kerk in de tyd van die Nuwe Testament selfs op om te bid vir hulle wat hul vervolg. Hy roep deur die Gees God se volk toe en nou op om te bid vir konings. Ook konings wat teen God se wil inleef. Dit beteken nie dat jy nie sorge mag hê nie. Dit beteken nie dat jy nie krities mag wees nie. Nogtans moet ons ook na hierdie Amerikaanse verkiesings in die eerste plek boontoe kyk. Laat ons hart en verwagting wees op Christus wat die groot Koning is en die geskiedenis na God se doel lei. Laat ons hart rus in die HEERE vind. Ook as ons verskillend oor bepaalde persone dink.

Laat ons doen waartoe die Gees ons oproep in 1 Timoteus 2:1-3: “Heel eerste versoek ek dat smekinge, gebede, voorbidding en dankgebede vir alle mense gedoen word, konings en vir almal wat gesagsposisies beklee, sodat ons 'n rustige en stil lewe, in alle godvresendheid en waardigheid, kan lei. Dit is goed en reg in die oë van God, ons Verlosser”.

Ook as dit spannend op hierdie aarde word deur wat die wêreldleiers doen, laat dan die eerste wees dat ons tot die HERE vlug in ons gebede, Dat ons op Christus as die Koning ons vertroue stel. Hy regeer! Hy kan ook as dit nodig is die politieke omstandighede verander. Burger van Christus se Koninkryk gee rus ook as dit op die wêreld storm.

Laat ons bid en dit nooit vergeet nie.

 

 

 

CANADA MIJMERINGEN (IV)

 

Gewoon Gods Woord

We maken van het lezen van de Bijbel een moeilijke zaak. We komen met allerlei regels. We laten ons meenemen door allerlei gedachten en filosofieën. Elke keer veranderen er weer dingen om de Bijbel te lezen. Na het lezen van het boek van Ad Prosman: ‘Theologie en hermeneutiek’ raak je weer onder de indruk hoe de mens steeds weer vanuit eigen gedachten en gevoelens de Bijbel wil lezen. Niet vanuit God alleen maar ook vanuit ons als mensen.

Was dat Gods bedoeling toen Hij Zijn Woord op Schrift aan ons gaf? Was Zijn Woord bedoeld om als een soort speelbal die we in allerlei tijden van een andere kant een schop moeten geven. We laten ons vaak meenemen door al die gedachten die de Bijbel weer anders willen lezen. Heel vaak wordt gezegd dat we de Bijbel beslist niet meer zo kunnen lezen als in de tijd voor de Franse Revolutie. We kunnen de Bijbel niet meer lezen alsof God daarin spreekt en Hij ook echt zegt wat Hij bedoelt. Dat zou niet meer kunnen omdat we niet meer kunnen geloven dat God de allesbeslissende voor heel het leven is. Dat de HEERE alles bestuurt en dat als het onweer komt daarin Gods stem te horen is, zou achterhaald zijn. Dat de HEERE de geschiedenis leidt dat kun je niet meer zo zeggen want de mensen van nu houden alleen rekening met oorzaak en gevolg. Dingen die bepaald worden door ons verstand, of door ons gevoel, door menselijke orde of menselijk wantrouwen, door macht of wat voor menselijks ook maar.

We gaan tot in gereformeerde kring vaak tot op een bepaalde manier met deze vorm van denken mee. Daar zit volgens mij een van de grootste problemen van onze tijd.  Natuurlijke moeten we onze tijd en wat mensen beweegt goed kennen. Vanuit die kennis is het van het grootste belang dat we juist vanuit wat mensen denken en voelen Gods eigen Woord zetten. Dat we dat doen vanuit het weten dat God echt bestaat, dat Hij de God is zoals Hij zich in de Bijbel laat zien. Dat we ons echt tot hem willen keren en gehoorzaam willen zijn aan wat Christus ons leert. Dan is de werkelijkheid niet de menselijke taal, niet de geschiedenis zoals wij die zien, niet ons verstand en niet onze gevoelens. Dan lezen we de Bijbel niet met achterdocht. Dan willen we wat God zegt volledig aannemen en daaruit leven. Dan willen we eigen wijsheid en filosofieën aan Christus onderwerpen. Wat verspelen we veel energie en tijd aan het willen aanpassen van Gods Woord aan wat er in onze tijd over het verklaren van teksten geschreven en gezegd wordt.

Gods Woord is de waarheid omdat God die God is zoals Hij in de Bijbel spreekt. Niet anders, maar wel nog groter dan wij het ons vanuit de Bijbel kunnen voorstellen. Laten we ter harte nemen wat de Geest zelf ons zegt in Colossenzen 2:8,9: “Pas op dat niemand u als buit meesleept door de filosofie en inhoudsloze verleiding, volgens de overlevering van de mensen, volgens de grondbeginselen van de wereld, maar niet volgens Christus. Want in Hem woont heel de volheid van de Godheid lichamelijk.”

 

CANADA MIJMERINGEN (III)

 

 Natuurramp Spanje

 Je bent in Canada. Het is rustig weer. Het wordt kouder, maar er is geen dreiging. Dan lees je en zie je wat dingen die er in Spanje zijn gebeurd. Het natuurgeweld heeft zoveel verwoesting en mensen die sterven of gewond zijn tot gevolg. Oogsten verwoest, mensen geweld. Hoe moet je verder.

Het is natuurgeweld dat ook ons op een rustige plaats kan treffen. Bijzondere weersomstandigheden kunnen wij niet veranderen. Dan zien we hoe klein we zijn en wij het weer niet kunnen sturen. Is wat er in Spanje gebeurd is iets wat ons iets te zeggen heeft. Of halen we de schouders op met de gedachte dat het niet bij ons was en dus leven we eraan voorbij? Is het niet meer dan een ver van ons bed gebeuren?

Toch gaat er van dit soort rampen een boodschap uit. Zeker nu we door alle middelen van communicatie over de hele wereld van horen en ook dingen daarvan kunnen zien. Schouderophalen en er aan voorbij leven is dom.

Wat voor boodschap komt er in deze dingen naar ons toe? Ik noem een paar dingen:

  1. Wij als mensen hebben door de opstand tegen God in de geschiedenis het natuurgeweld dat voor ons een bedreiging in de wereld gebracht! Dat is onze schuld! Niet alleen van de mensen in Spanje maar van ons allemaal. Het is Gods goedheid dat we niet 24 uur per dag door dit geweld geteisterd worden.
  2. De HEERE laat in het natuurgeweld zien dat Hij meer is dan alle mensen en alles op de wereld. Ik denk nu aan Psalm 29.
  3. Dit laat ons zien dat we het natuurgeweld er een hebben bij wie we kunnen schuilen. Een die ons in het natuurgeweld kan beveiligen of als we daardoor toch de dood vinden ons voor eeuwig op een veilige plaats brengt.
  4. Die ene is de HEERE. Die ene is Jezus Christus de Zoon van God. Dit brengt mijn gedachten naar de Here Jezus die terwijl het stormde op het meer in de boot lag te slapen. We lezen daarover in Mattheus 8: het volgende: “En Hij zei tegen hen: Waarom bent u angstig, kleingelovigen? Toen stond Hij op en bestrafte de winden en de zee, en er kwam een grote stilte. De mensen verwonderden zich en zeiden: Wat voor Iemand is Dit, dat zelfs de winden en de zee Hem gehoorzaam zijn?” vs 26,27 Dit is hier duidelijk dat Jezus Christus God is. God van wie we in Psalm 93 lezen: “De HEERE in de hoogte is machtiger dan het bruisen van machtige wateren, de machtige golven van de zee. Uw getuigenissen. vs 4,5

Dit betekent o.a. dat als het natuurgeweld je leven heeft genomen terwijl jouw vertrouwen op Jezus Christus was Hij je meeneemt naar de hemel. Naar de eeuwige rust bij God. Christus is opgestaan en zelfs de dood, kan wie op Hem bouwt het leven niet afnemen. Ook als door onze zonden alles schudt en beeft toch mag Gods kind dit weten: “Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem Die ons heeft liefgehad. Want ik ben ervan overtuigd dat noch dood, noch leven, noch engelen, noch overheden, noch krachten, noch tegenwoordige, noch toekomstige dingen, noch hoogte, noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde van God in Christus Jezus, onze Heere.” Rom 8:37-39 

 

CANADA MYMERINGS (II)

Wat is die temperatuur van ons lewe?

Wat is die temperatuur van ons lewe? Jy sê dalk 37 grade. Maar dit is nie wat ek bedoel nie. Wat is die temperatuur van jou en my geestelike lewe? Hoe is ons met Christus verbind? Het ons ‘n warm verhouding met Hom of is dit koud in jou leef met Hom?
Ons sien op hierdie aarde hoe die temperatuur verskil. Dit kan hier in Neerlandia meer dan 30 grade vries. Terwyl ons dit in Nederland en Suid-Afrika nooit meemaak nie. Hoe warm of koud dit ook raak waar ons ook maar bly nogtans is dit nie van beslissende belang vir ons toekoms nie. Die beslissende is of ons hart vir die Here brand of dat dit nie so is nie. Christus self skryf aan die gemeente van Laodicea: "Dit sê die Amen, die getroue en ware getuie, die begin van God se skepping.“ ‘Ek ken jou dade, dat jy nóg koud, nóg warm is. Was jy nou maar koud of warm! Maar omdat jy louwarm is – nóg warm, nóg koud – gaan Ek jou uit my mond spoeg. Omdat jy sê, “Ek is ryk, ek het skatryk geword, en het aan niks gebrek nie,” en nie besef dat jy ellendig en bejammerenswaardig, brandarm, blind en naak is nie.” Openbaring 3:14-17
Die louwarm beteken dat jy dink ’n christen of ’n kerk van Christus te wees maar dit nie regtig is nie. Die rede is nie omdat jy dan nie Christus se naam noem nie of nie kerk toegaan nie. Die rede is dat jy nie ‘n warm verhouding met Christus het nie. Jy wil net vir ‘n deel van jou lewe na die HERE luister. Jy wil die ander deel van jou lewe volgens jou eie verlangens en gedagtes leef. Christen wees beteken dat jy jou hele lewe in diens van Christus wil leef. Vanuit die verwondering dat Christus Sy lewe selfs vir jou, wat ‘n sondaar is, Sy lewe gegee het. Jy sien die warm hart van God vir jou in Christus en wil daarom met alles in jou lewe gehoorsaam aan die HERE wees. Die hele lewe is vir jou om te leef met God. Jy vra steeds weer vir Christus wat jy sal doen, voel en dink in jou lewe. Niks staan los van die lewe vir Hom nie. Jy vra die Gees om nie ‘n koue verhouding met God te hê nie maar ‘n verhouding wat al hoe meer spreek van die warmte van God se liefde. Daarom gaan ons môre graag kerk toe om die warmte van God se liefde te hoor en te voel. Om self in liefde vir God en ons naaste toe te neem. Ons bid ook dat die voorgangers regtig met ‘n warm hart vir Christus en die gemeente die regte Woord sal bring.

 

CANADA MIJMERINGEN (I)

Dienstbaar leven

Voor het eerst in Canada. Vroeger nooit gedacht om zo over de wereld te gaan. Wanneer je op je leven terugkijkt, zie je hoe de HEERE je leven bestuurt. Dat je in al die dingen aan Hem mag toevertrouwen, Om zo dienstbaar te Zijn aan de bouw van Zijn Koninkrijk op aarde. De bouw van Zijn Koninkrijk hangt gelukkig nooit van ons af. Het is voor de volle 100% Gods werk. Zonder dat dit iets aan onze verantwoordelijkheid verandert. Wij zijn geroepen om in liefde voor God en onze naaste dienstbaar te zijn Ons te laten gebruiken waar en wanneer Christus dit wil, Daarbij is Christus ons grote voorbeeld. Hij is het die in Markus 10:43-45 zegt: “Maar zo zal het onder u niet zijn; maar wie onder u belangrijk wil worden, die moet uw dienaar zijn. En wie van u de eerste zal willen worden, die moet dienaar van allen zijn. Want ook de Zoon des mensen is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen, en Zijn ziel te geven als losprijs voor velen.”
Dit zijn woorden die voor ons allemaal waar we ook wonen op Gods wereld gelden. Dienstbaar zijn, betekent niet dat we voor geld of goed gaan, dat we een carrière willen maken, dat we leven voor een bepaalde positie. Deze dingen horen niet bij een leven als christen. Het kan niet zo zijn dat deze dingen ons leven bepalen en dat we daarover een christelijk sausje leggen. Het kan niet zo zijn dat je zegt dat dienstbaar zijn en daarom veel geld missen, een carrière niet kunnen voltooien, niet bereiken wat ik gedacht had, prachtig voor anderen is, maar niet voor jou en mij. Dienstbaar zijn en jezelf en je eigen portemonnee en positie van minder waarde vinden, hoort bij een echt christelijk leven. Daarin gaat Christus ons voor. We hebben rijkdom en positie op deze wereld als het doel van ons leven ook niet nodig. Want wie in liefde tot Christus dienstbaar aan God leeft, zal eens als koning met Christus regeren. Wat wil je nog meer? Hier op aarde voor jezelf leven en dan niet ontvangen wat Christus verdiend heeft maar je eeuwig arm. Heerlijk om te dienen in Gods Koninkrijk.

 

“Daarom het God hulle oorgegee aan oneerbare drange, want hulle vroue  het die natuurlike seksuele omgang verruil vir omgang  wat teen die natuur is.” Romeine 1:26

 

Wat is oneerbaar? Wat is teen die natuur? Dat is nie soos ons dit voel of soos die meeste mense dit doen nie. Dit gaan hier om God se eer en wysheid. Dit gaan om die orde soos die HERE dit as die Skepper van alle dinge gemaak en bedoel het.

Ons moet bedink dat die natuur na die sondeval anders geword het. Die gevolge van die sonde het die hele natuur en ook ons almal aangetas Dit gaan in hierdie gedeelte ook nie net om die seksuele nie. Kyk vers 29-31. Dit gaan om ons hele lewe. In die harte van ons almal leef drange, leef begeertes wat in gaan teen hoe die HERE ons bedoel het. Die HERE het na die sondeval ons nie dadelik van die aarde verwyder nie. Hy het vir ons in die natuur nog steeds gewys wie Hy is en hoe Hy ons lewe wil. Dit beteken dat ons almal op sekere terreine van ons lewe onsself moet verloën.  Dat ons juis in die krag van God se Gees teen eie gevoelens en drange moet stry. Die HERE wil ons daarvoor die krag gee wat nodig is.

Die gees van die tyd, die samelewing kan dit vir ons moeiliker maak. Veral as vanuit die samelewing die oortuiging kom dat jy jou gevoelens kan uitleef ook as Christus in Sy Woord sê dat dit nie reg is nie. Paulus sien hoe in sy tyd dit o.a. openlik gebeur deurdat vroue die seksuele omgang nie beperk tot die huwelik met een man nie maar ook na seksuele omgang met ander van dieselfde geslag uitbrei. Die eerbare is, die reg natuurlike is dat een man en een vrou in trou en liefde in die huwelik die seksualiteit beleef.

Mense maak hulle los van God, maak hulle los van Christus en kom dan tot hierdie manier van leef.

Laat ons bid vir hulle wat hierdie gevoelens in eie lewe ken maar daarteen wil stry omdat hulle volgens God se goeie wil wil leef. Ook as dit baie moeilik is. Veral omdat baie mense vir hulle sê dat daar niks mis mee is. Laat ons bid vir mekaar om ook in alle andere dinge niet ons gevoel op die troon van ons lewe te sit maar God se goeie wil. Laat ons bid om die Gees wat ons lewens op Christus se pad wil lei.

 

 

“Zij hebben de waarheid van God vervangen door de leugen, en het schepsel vereerd en gediend boven de Schepper, Die te prijzen is tot in eeuwigheid. Amen.” Romeinen 1:25

 

Wat is de grootste kwaal in het leven van ons als mensen?  Dat we onze eigen waarheid willen volgen. Dat we denken dat we het zelf zo goed weten. Er is er een die ons de goede weg wijst. Er is er een die boven alles en iedereen staat. Er is er een die goed is en ons laat zien wat het goede is. Er is er een die de waarheid in pacht heeft. Die zelf de waarheid is en ons het echte goede leert. Dat is de HEERE. Dat is de enig levende God.

Wij zijn zo eigenwijs en zo dom dat we uit onszelf het vanuit ons denken, ons voelen, ons ervaren menen het beter te weten. Dat betekent dat we Gods goede geboden in de wind slaan. Dat betekent dat we wat God laat zien als goed voor alle mensen door ons als een leugen wordt gezien. Zo is het niet zeggen we dan. Zo willen we het niet. We gaan onze eigen weg.

Daarmee gaan wij dan op de troon zitten. We vereren onszelf en onze eigen ervaring en ons eigen gevoel. Ons eigen verstand. Wat een hoogmoed!

Want wie is de HEERE, de enig levende God? Hij is de Schepper. Hij is het die alles uit niets gemaakt heeft. Hij heeft dingen gedaan en doet dingen die wij als schepselen nooit kunnen. Hij is een en al liefde en goedheid. Dat zijn wij niet, want wat maken wij er een puinhoop van op deze wereld en vaak in ons eigen leven. Toch zijn we vaak zo hoogmoedig dat we onze eigen gevoel en/of verstand volgen. Wat hebben we het nodig om omhoog te kijken. Om ter harte te nemen wat we lezen in Colossenzen 3: “Als u nu met Christus opgewekt bent, zoek dan de dingen die boven zijn, waar Christus is, Die aan de rechterhand van God zit. Bedenk de dingen die boven zijn en niet die op de aarde zijn, want u bent gestorven en uw leven is met Christus verborgen in God. Wanneer Christus geopenbaard zal worden, Die ons leven is, dan zult ook u met Hem geopenbaard worden in heerlijkheid. Dood dan uw leden die op de aarde zijn: ontucht, onreinheid, hartstocht, kwade begeerte, en de hebzucht, die afgoderij is. Door deze dingen komt de toorn van God over de ongehoorzamen.” vs 1-6

 

”Daarom het God hulle deur middel van die begeertes van hulle harte oorgegee aan onreinheid, naamlik om hulle liggame onder mekaar te onteer.” Romeine 1:24

 

Ons het onsself gemaak tot mense wat nie na die HERE, wat die enigste God is, te wil luister. Ons het onsself sleg gemaak. Die gevolg was en is dat ons gode maak volgens ons eie gedagtes en verlangens.

Ons het ons van die ware God losgemaak. Dit beteken dat ons goddeloos begin leef. Sien o.a. vs 18. Die HERE het ons gemaak om beeld van Hom te wees op aarde. Ons weier dit en ons word sondige mense wat liewer die beeld van die duiwel wil wees.

Nogtans bly die HERE Hom in die natuur wys. Nogtans kies Hy die volk Israel uit om onder die volke God se lig te wees. Nogtans stuur Hy Sy eie Seun as Verlosser. Om goddelose mense te red. Om goddelose mense die pad na Christus as die Verlosser te wys. Om hulle deur Christus van God se toorn te verlos.

Die toorn van God, Sy oordeel word duidelik deurdat Hy ons aan onsself oorgee. Aan ons eie verlangens. Aan ons goddelose begeertes. Ons eie sondige begeertes raak selfs ons liggame. Nie net deur siekte en dood nie. Ook deur die manier waarop ons ons liggame gebruik. Hoe gebruik ons ons liggame as dit om seksualiteit gaan op die goeie manier? Hoe gebruik ons ons liggame op hierdie terrein op die manier soos die HERE dit as die Skepper bedoel het? Ons lees dit in Genesis 2:24: “Daarom sal ‘n man sy vader en moeder verlaat en hom aan sy vrou verbind, en hulle sal een vlees word.”  Die seksualiteit, die liggaamlike eenwording tussen twee mense het die HERE as die Skepper ‘n plek gegee in die huwelik tussen een man en een vrou. Alles wat op hierdie terrein anders gedoen word, beteken dat jy jou van die HERE losmaak. Dat jy en ek vergifnis en bekering nodig het.

Alles wat op die wêreld hiermee stry, wys dat God se toorn oor ons lewe tereg is. God se toorn is ook dat ons volgens ons sondige verlangens leef. Ons het God se Gees nodig om weer aan God verbind te word en so deur die Gees volgens God se Woord gaan leef. Ook met ons liggame.  

 

“en hebben ze de heerlijkheid van de onvergankelijke God vervangen door een beeld dat lijkt op een vergankelijk mens, op vogels en op viervoetige en kruipende dieren.” Romeinen 1:23

 

 De mens is dwaas geworden. Wij zijn de weg kwijt. We gaan met ons hart niet de weg van God. We gaan uit onszelf niet de weg van de waarheid. We bedriegen onszelf. We doen of we goed kunnen leven zonder de HEERE op Zijn Woord te volgen. Zonder ons helemaal aan de leiding van de Geest door het Woord toe te vertrouwen. Dat kwam en komt ook nu uit, doordat velen goden denken te dienen door beelden te gebruiken. Door voor beelden te buigen en die te zien als een manifestatie van een of andere god. Door iets als een amulet mee te nemen en te denken dat je daardoor onder de bescherming van een of andere hogere macht te staan.

Wij leven in een deel van de wereld waar dit niet zo heel opvallend aanwezig is. Er zijn mensen die geloven dat de sterrenbeelden eigen hun leven sturen. In de sterren, in horoscopen denken ze iets te zien wat hun toekomst bepaalt of wat waarschuwingen en beloften geeft. Dat is niet anders dan dom. Alles staat onder Gods bestuur. De duivel wil ons graag in zulke dingen laten geloven. Om ons bij Christus weg te halen of weg te houden.

Let er op dat hier over de ‘onvergankelijke God’ gesproken wordt. De HEERE is de enige God! Hij is onvergankelijk. Hij was altijd de enige God en zal dat altijd blijven. Alle andere goden zijn bedrog. In onze tijd en wereld worden vaak bepaalde mensen tot idolen Tot mensen die we zo geweldig vinden dat ze ons leven zin moeten geven. Zij of bepaalde activiteiten worden de mensen en activiteiten waarvoor we dan leven. Als die wegvallen zijn we in zak en as. Het is belangrijk om te bedenken wat we in Psalm 146 lezen: “Vertrouw niet op edelen,

op het mensenkind, bij wie geen heil is.

Zijn geest gaat uit hem weg, hij keert terug tot zijn aardbodem;

op die dag vergaan zijn plannen.

Welzalig is hij die de God van Jakob tot zijn hulp heeft,

die zijn verwachting stelt op de HEERE, zijn God,

Die hemel en aarde gemaakt heeft,

de zee en al wat daarin is;

Die voor eeuwig de trouw bewaart”. Vs 3-6

Je bent dom als je op iets of iemand je vertrouwen stelt alsof dat je god is. Je bent verstandig als je op de HEERE bouwt. Door de Geest op Christus als je Verlosser, God en Koning.

 

“Alhoewel  hulle beweer dat hulle wys is, het hulle dwaas geword” Romeine 1:22

 

Die duiwel is die groot verleier. Hy is die vader van die leuen. Hy is dit wat die mens in die paradys ’n leuen laat glo het. Dat naamlik die mens wat van die boom van kennis van goed en kwaad eet, wys word. Dat die mens wat dit doen juis wyser as God sou word. Ons lees  in Genesis 3 dat die duiwel vir die vrou sê: “Maar God weet dat die dag wanneer julle daarvan eet, julle oë sal oopgaan. . Dan sal julle word soos God, wat goed en kwaad ken.” vs 5

Wat is hier die duiwel se groot leuen? Dit is dat die mens na die sondeval die goed en die kwaad soos  God sal ken. Laat ons ‘n bietjie daarna kyk. Die HEERE weet wat goed en kwaad is omdat Hy heeltemal goed is. Alles wat anders is, is kwaad, is sleg. Die HERE haat alles wat nie volgens Sy wil is nie. Hy haat die sonde en al die kwaad wat daaruit voortkom. Dit haat die HERE, dit word deur Sy oordeel getref. Die kwaad bly altyd buite die HERE. Dit word nooit deel van Sy hart nie.

By die mens is dit anders. As die mens van die boom van goed en kwaad eet, verander dit sy hart. Die mens word daardeur ‘n sondige mens wat met sy hart na die kwaad verlang en die kwaad begin doen. Die HERE haat die kwaad met Sy hele hart. Die mens gaan met sy hart van die sonde, van die verkeerde, van die kwaad hou. Wat is die duiwel se leuen groot!

Mense wat vanuit hul eie hart na die sondeval leef, dink dat hulle wys is. Dat hulle dit beter as God weet. Die HERE wys dat ons as ons so dink dwaas geword het. Ons het ons verstand verloor deurdat  ons nie meer op God se wysheid bou nie. God se wysheid is goed en bou op. Ons wysheid is dom en breek af. Ons sien dit in die geskiedenis na die sondeval. Ons sien dit in  tyd wat ons op aarde leef. Ons maak vanuit eie wysheid stukkend en het God se wysheid nodig om te kan opbou, om in vrede te kan leef. Om toekoms te hê het ons Christus as ons wysheid nodig. Om deur die Gees vanuit God se Woord wys te word.

 

Heeft God donkere kanten?

 

“En hierna hoorde ik een luide stem van een grote menigte in de hemel zeggen: Halleluja, de zaligheid, de heerlijkheid, de eer en de kracht zij aan de Heere, onze God. Want Zijn oordelen zijn waarachtig en rechtvaardig, omdat Hij de grote hoer geoordeeld heeft, die de aarde te gronde gericht heeft met haar hoererij, en omdat Hij het bloed van Zijn dienstknechten aan haar gewroken heeft. En zij zeiden voor de tweede keer: Halleluja! En haar rook stijgt op in alle eeuwigheid.” Openbaring 19:1-3

 

Dat God straft, dat daarbij ook bloed vloeit, vinden we in onze tijd vaak moeilijk. Dat geldt niet alleen voor mensen die delen van de Bijbel zonder problemen aan de kant schuiven, omdat het niet bij hun beeld van God past. Ook onder hen die echt aan Gods hele Woord willen vasthouden, komt bij meerderen het gevoel op dat je het moeilijk vindt om zo God te zien handelen. God als de Rechter, Christus als de Strijder die zelfs bloed laat vloeien, past al minder bij onze gevoelens. Het kan zo zijn dat je er vroeger eigenlijk helemaal geen moeite mee had, maar nu voel je als je deze dingen leest toch een soort verzet.

Er zijn ook veel mensen die bij het evangelie opgegroeid zijn maar geloven in Christus vaarwel gezegd hebben vanwege het geweld dat je in de Bijbel ziet. In de laatste 40 jaar zijn er ook meerderen geweest die in eerbied voor de HEERE zich hiermee beziggehouden hebben. Die ook vanuit Gods Woord daarover geschreven en gesproken hebben. Daarbij kwam meerdere keren naar voren dat God ook donkere kanten heeft. Zonder om de HEERE van iets verkeerds te beschuldigen.

Toch moeten we er voor uitkijken om over donkere kanten van God te spreken. Het kan zomaar een eigen leven gaan leiden. Dat bij ons de gedachte en het gevoel er komt dat bij de HEERE er toch ook verkeerde dingen zijn.

Wat wij als donker en moeilijk ervaren is er niet omdat God iets verkeerds in zich heeft. Dat is er omdat wij als mensen met ons handelen, denken, verlangen en spreken deze straffen van God oproepen. Juist Zijn liefde roept om het oordeel over zonde, dood en duivel.  

Van God zelf geldt in alles wat we lezen in 1 Johannes 1: “En dit is de boodschap die wij van Hem gehoord hebben en aan u verkondigen, dat God licht is en dat in Hem in het geheel geen duisternis is.

Als wij zeggen dat wij gemeenschap met Hem hebben en wij toch in de duisternis wandelen, liegen wij en doen de waarheid niet.” vs 5,6

Let erop dat in de verzen boven deze meditatie (en ook in het vervolg van Openbaring 19) er niet over de donkere kanten van God gesproken wordt. Er klinkt juist ook om deze oordelen van God die door Christus voltrokken worden, de lof op God! Wat is het belangrijk dat we erom bidden om te zien wie de HEERE is en dat ook Zijn oordelen goed zijn en dat Hij daarvoor aanbidding verdient. De aankondiging van de oordelen die door het Lam van God voltrekken worden, is juist een oproep van God om tot Christus te komen. Om je te bekeren van onrecht en bij Hem vrede te vinden.

 

“Want zij hebben, hoewel zij God kennen, Hem niet als God verheerlijkt of gedankt, maar zij zijn verdwaasd in hun overwegingen en hun onverstandig hart is verduisterd.” Romeinen 1:21

 

Gods goedheid is o.a. dat Hij zich nog aan ons laat zien. Dat Hij in de natuur Zijn grootheid laat zien. Dat de schittering van Gods heerlijkheid naar ons toekomt. Om ons te leren naar hem te vragen. Om bij Christus verlossing van de toorn te krijgen die over ons leven ligt.

Daarom is het een nog veel groter wonder van Gods genade dat Zijn boodschap zelfs door de Bijbel als Gods Woord tot ons komt. Dat Christus de kerk de opdracht heeft gegeven om die goede en uitnodigende boodschap over de wereld te verspreiden.

God laat zich kennen! Wat doen wij uit onszelf? We trekken ons er niets van aan. Wij gedragen ons als dwazen. We denken dat we wijzer dan God zijn. Ons hart hebben we zo donker gemaakt dat we het licht van Gods Woord niet in ons hart willen laten doordringen. Wij vinden onze duisternis beter dan het licht van God. Wat zijn wij van onszelf toch een in- en indomme en stijfkoppige mensen.

Dat zie je ook om je heen. Zelfs bij mensen die zich gelovig noemen. Zelfs in kerken die over de Bijbel als Gods Woord spreken.

Dan wordt wat de HEERE, die de alwijze en onveranderlijke God is, gezien als de God die eigen normen aanpast aan zwakke mensen. Die wat Hij eerst zonde noemt niet meer zo zou zien, omdat mensen een andere koers in hun leven gaan. Dan wordt God aangepast aan ons in plaats dat we ons door Hem laten vormen tot Zijn beeld. De HEERE heeft de Geest gegeven om ons juist te leren onszelf te verloochenen en in de strijd tegen de zonden in ons leven steeds weer en meer volgens Gods wil te leven.

De HEERE is niet de God die ons aanpast aan ons. Hij is die grote God die laat zien wat echt goed is en ons door Zijn Geest het verstand en de wil wil geven om ons te vormen volgens Zijn eeuwige Woord. Als we dat niet willen doen en toch God naar onze gevoelens en gedachten willen aanpassen, aanvaarden wij de Bijbel niet als Gods Woord. Dan zijn we niet wijs maar een en al onverstand. Dat geldt op alle terreinen van het leven. Dat leert ons altijd weer om persoonlijk in de spiegel van Gods wet te kijken. Om dan niet weg te kijken, maar om mij om te draaien waar mijn leven tegen Gods eigen Woord ingaat. Laten we verstandig zijn en elkaar niet stimuleren om op eigen wegen te gaan met allerlei vrome woorden daarbij.  

 

“Want Sy onsigbare eienskappe, naamlik Sy ewige krag en goddelikheid, word van die skepping  van die wêreld af in Sy werke begryp en is duidelik sigbaar. Gevolglik is hulle sonder verontskuldiging.”  Romeine 1:20

 

Die HERE wys Homself aan alle mense. Nogtans het ons onsself blind gemaak vir wat die HERE wys. Die mens wil op die troon gaan sit. Ons let nie op God se ewige krag en goddelikheid nie. Ons meen in ons tyd dat ons nie verder kan en hoef te kyk as die skepping self nie. Ons let nie op die Skepper nie maar net op die resultaat wat God geskep het. Die skepping self word god. Die natuur is dit wat ons moet wys watter moontlikhede daarin gevind kan word. Die krag van die natuur soos ons dit kan verklaar en waarneem word die hoogste wat bestaan. So sorg ons daarvoor dat ons God nie sien nie. Ons ignoreer Hom as die Skepper wat meer as die hele skepping is.

Die gevolg daarvan is dat ons nie genoeg het aan wat die HERE ons in Sy skepping wys nie. Ons weier om verder as die skepping te kyk. Dit is nie God se skuld nie! Dit is ons skuld. Ons het onsself blind gemaak. Ons vra nie verder as die skepping nie.

Die wonder is dat die HERE daarvoor gesorg het dat ons verder kan kyk. Ons het nie ‘n verontskuldiging waardeur ons kan sê dat ons die HERE en Sy wil nie kan ken nie. Die HERE se oordeel en toorn oor mense wat Hom nie in liefde gehoorsaam aan Hom wil wees nie is regverdig. Sy genade en liefde gaan nog baie verder. Hy het Sy Woord aan ons gegee. Hy wil deur Sy Gees ons so verander dat ons na Hom gaan vra. Dat ons na Hom gaan luister.

Die redding van die straf is daar vir wie deur die Gees verder kyk as kennis wat jy in die natuur kan vind. Vir hulle wat God soek as hul Vader en Redder. In Psalm 19 lees ons hoe die HERE Hom in die skepping wys. In tweede deel van Psalm 19 lees ons dat juis Sy Woord ons nog baie duideliker wys wie de Hy is en wat Sy wil is: “Die wet van die HERE is volmaak. Dit gee nuwe lewenskrag; die bepalings van die HERE is betroubaar, dit gee wysheid aan die onkundiges. Die opdragte van die HERE is reg, dit maak die hart bly; die gebod van die HERE is suiwer, dit verhelder die oë.” vs 8,9

Laat ons as mense wat nie verontskuldiging het nie juis God se Woord lees en daaruit leef.

 

“En uit Zijn mond kwam een scherp zwaard, opdat Hij daarmee de heidenvolken zou slaan. En Hij zal hen hoeden met een ijzeren staf. En Hij treedt de wijnpersbak van de wijn van de grimmige toorn van de almachtige God.” Openbaring 19:15

Vrijdag naar Heidelberg gereden. Zaterdagmiddag bij de opening van het academische jaar van de RTS de Andacht gehouden. De titel van deze Andacht was: “JESUS CHRISTUS VOLLSTRECKT ALS DER KÄMPFER DAS GERICHT“. Het is Christus die het Lam van God is, die ook het definitieve oordeel voltrekt. Die Gods oordeel laat komen over hen die weigeren tot Christus te komen en anderen juist in hun leven ernstig beschadigen.
Het einde van deze Andacht was in het Nederlands zo: “Wat betekent het dat De Heilige Geest laat zien dat het Lam van God, Gods oordeel voltrekt? O.a. dit:
a.Het gaat om het dienen van de echte God en de echte Christus. Wij hebben ons beeld van God niet aan te passen aan onze smaak, aan onze cultuur en de geest van onze tijd. Dan dienen we niet meer de echte God. We hebben juist ons beeld van God te laten voeden en corrigeren door Gods hele Woord dat de Geest ons in de Bijbel geeft. Dan gaan wij niet op de troon zitten om te bepalen wat in de Bijbel voor ons aannemelijk is. We laten de HEERE in Zijn hele Woord ons vormen naar Zijn beeld.
b.De HEERE is niet de therapeutische God die niet straft. Hij is het niet die het onrecht en ook wie onrecht doen maar hun gang laat gaan. Hij is het die het recht herstelt en rechtvaardig straft wie onrecht op deze wereld doen en zich daarvan niet bekeren.
c.Dat geeft het echte houvast voor wie door verschrikkelijk onrecht op deze wereld getroffen worden. Voor wie door anderen zoveel onrecht wordt aangedaan dat hun leven menselijk gezien voor altijd stuk is. Dat geeft het echte houvast als het lijkt alsof iedereen wegkijkt als het onrecht over je komt. Dan mag je weten dat het onrecht jou aangedaan toch eens de verdiende straf ontvangt. Als het lijkt dat niemand je meer ziet of begrijpt, mag je weten dat Hij die het kwaad niet ongestraft laat, met het definitieve oordeel komt. Dat oordeel is goed en rechtvaardig omdat de HEERE in en in goed is. Dat is rechtvaardig met liefde en vanuit liefde omdat Jezus Christus de Zoon van God is en de zondeloze mens. Wie in onrecht leeft, kan zo machtig en welvarend lijken, maar zal eens voor altijd onder Gods oordeel eeuwig moeten bukken. Wie het ergste onrecht ondergaat en bij Christus schuilt, mag weten dat Christus het oordeel voltrekt. Tot eer van God en tot heil van Gods kinderen.
Dit heeft steeds door te klinken in de prediking, in ons beeld van God. Zo is de Drie-enige God. Hij is goed in alles!
In verkorte vorm komt deze lezing in Weerklank. De volledige Duitse versie hoop ik deze week op evangeliebelijder te plaatsen. Verder hoop ik dit nog uit te breiden en dan te publiceren.

 

 “Want Sy onsigbare eienskappe, naamlik Sy ewige krag en goddelikheid, word van die skepping  van die wêreld af in Sy werke begryp en is duidelik sigbaar”.  Romeine 1:20

 

Wat en hoe het God Homself vir alle mense gewys? Hoekom is dit regverdig dat die HERE met Sy toorn en straf kom oor hulle wat Hom nie as die enigste God wil erken nie. Die HERE het gewys en wys nog elke dag dat Hy bestaan. Dat Hy die enigste God is.  

Ons kan God se ewige krag en goddelikheid nie sien nie. Dit is nie so dat die HERE voor ons staan en ons op daardie manier sien dat Hy bo alles en almal uitstyg nie.

Hy vertel ons wie Hy is. Hy vertel ons dat Hy in 6 dae die hemel en die aarde gemaak het. As ons na die natuur kyk dan kom die ewige krag en goddelikheid na al die mense wat op aarde leef. As God se volk dink dat die HERE nie die groot en troue God is wat Hy sê wat Hy is, hoor ons hierdie oproep van de Here God: “Met wie wil julle My vergelyk, sodat Ek net soos julle sal wees? Vra die Heilige. Kyk boontoe en sien! Wie het hierdie dinge geskep? Dit is Hy wat die hemelse leër een vir een uitlei, hulle almal op die naam roep. Deur die toedoen van Hom wat groot vermoëns  en geweldige krag het ontbreek nie een nie.  Waarom sê jy dan, Jakob, en beweer jy, Israel: My lewenspad is verborge vir die HERE; my reg gaan by my God verby? Weet jy dit nie? Het jy dit nie gehoor nie? ‘n Ewige God is die HERE, Skepper van die eindes van die aarde. Hy word nie moeg nie, Hy raak nie afgemat nie -ondeurgrondelik is Sy insig.” Jesaja 40:25-28

As ons na die natuur kyk, as ons raaksien dat dit bo ons vuurmaakplek gaan om te verklaar hoe dit almal tot stand gekom het, is die enigste regte antwoord dat die HERE dit as die enigste God gedoen het. Mense wat dit vanuit wat ons in die skepping sien, wil verklaar, bedrieg hulleself.

Vanaf die begin van die skepping wys die HERE Homself vanuit die skepping. Die skepping is Sy werk. Hy het dit vanuit niks gemaak. Dit is Sy Goddelike krag wat geen menslike krag en insig kan verklaar nie. Ons lees dit ook heel duidelik in Romeine 11; “Want wie het die gedagte van die HERE geken? Of wie het as Sy raadsman opgetree? Of wie het eers gawes aan Hom gegee, vir wie Hy dit sou moes vergoed? Want uit Hom en deur Hom en tot Hom is alle dinge. Aan Hom kom die heerlikheid vir ewig toe!” vs 34-36. Niemand kan sê dat die HERE Hom niet gewys het en nie wys nie!

 

“omdat wat van God gekend kan worden, hun bekend is. God Zelf heeft het hun immers geopenbaard. “Romeinen 1:19

 

 Paulus schaamt zich niet voor het evangelie van Jezus Christus. In Christus is er de reddende gerechtigheid van God. Door Christus als de drager van onze schuld en zonden is er voor mensen uit alle volken die bij Christus hun redding zoeken echt redding. Echt eeuwig verlost leven. Die verlossing is nodig, omdat er na de zondeval terecht de toorn van God is. Dat is geen blinde, dat is geen grillige toorn. Nee, dat is Gods toorn tegen mensen die Zijn liefde aan de kant schuiven. Dat is straf voor mensen die eigen baas willen zijn en de HEERE niet als hun in- en ingoede God en Heer willen erkennen. Dat is Gods welverdiende straf voor mensen die boven God willen staan, die tegenover Hem zijn gaan staan, terwijl wat Hij en wil en doet in- en in goed is.

Dat zien wij als mensen, ook als we eerlijk zijn. De HEERE laat zich namelijk zien. Elke dag! Elk moment van ons leven. Wanneer wij naar de lucht kijken, wanneer we in de natuur kijken vanuit waar we wonen. Of via film, tv of andere media zien we Gods grootheid. Die ene God die het hele heelal gemaakt heeft. Die hemel en aarde in 6 dagen goed gemaakt heeft. Die God laat zich zien.

Daar kun je niets vanaf doen. Je kunt het wel van je wegduwen. Alsof het er niet is. Dan verduister je  het zicht op de echte God. Dat is dan wel je eigen schuld. We doen dat in onze tijd o.a. door de evolutietheorie. God kan het niet gedaan hebben zoals we dat in de Bijbel lezen. Omdat wij het moeten kunnen begrijpen. De HEERE kan niet meer zijn dat wat we vinden en denken. Zo houden we het kennen van God buiten ons leven. Zien we niet de werkelijkheid. Laten we de Geest bidden dat we openstaan en dat onze ogen opengemaakt worden om echt te zien wat de HEERE elk moment ons laat zien. Zodat we de waarheid niet naar onderen drukken, maar God gaan zien en Christus gaan volgen, zodat Gods toorn niet meer ons leven treft, maar Gods vrede door Christus verdiend.

 

“Vanuit de hemel openbaart Gods toorn zich over al het kwaad en onrecht van hen die met hun onrechtvaardigheid de waarheid geweld aandoen.” Romeinen 1:18

 

Leven door geloof. Door het uit de hemel gegeven geloof in Jezus Christus. Geloven in Hem die als de Zoon van God naar de wereld gekomen is.  Door de vader gestuurd om ook mens te worden. Om zo de Verlosser te kunnen zijn.

Vanuit de hemel komt juist Hij die de Verlosser moet zijn. Vanuit de hemel komt ook dat wat gedragen en verzoend moet worden. Dat is Gods toorn. Zijn terechte boosheid, Zijn terechte straf die de mens en heel de schepping treft. De oorzaak daarvan is niet God. Je kunt en mag daarvoor nooit beschuldigend je vinger naar de HEERE wijzen. De oorzaak zijn wij als mensen. Wij hebben door de zondeval en door ons eigen leven Gods straf en toorn opgeroepen.

Wij zijn het die het kwaad en het onrecht in de wereld hebben gebracht. Hoe groot dat kwaad en onrecht zijn, zien we in de wereld van vandaag zo duidelijk. Wat maken wij van Gods prachtige schepping en wereld een verschrikkelijke puinhoop. Kijk om je heen in de wereld. Wat een haat en verwoestend geweld. Kijk om je heen naar al die hulporganisaties van jeugdzorg, gevangenissen, tbs met dwangverpleging, psychische zorg en ga zo maar door. Wat is daarbij ook veel het gevolg van slechte behandeling van medemensen door ons.
Kijk naar je eigen hart. Wat woelt en voelt daar allemaal wat niet is zoals het echt goed is?! Dat er toorn van de hemel komt is niets anders dan logisch. Daar hebben we niets tegen te zeggen.  Het is ons onrecht en ons kwaad dat daarom vraagt en roept. Wij doen God waarheid geweld aan. Wij doen wat de HEERE goed geschapen heeft, geweld aan. Wij doen daarmee onszelf, de schepping, maar vooral de HEERE geweld aan. Het bijzondere, het menselijk niet te geloven, is dat we door het geloof weten dat Christus naar de aarde is gekomen om Gods toorn tegen dit verschrikkelijk kwaad voor wie bij Christus schuilt te dragen! Dan wijst onze vinger niet beschuldigend naar God, maar komt er de dank en de jubel op dat Christus zelfs voor ons gekomen is. Vanaf de hemel. Vanaf de hemel wil de Geest ons het geloof in de Vader en de Zoon geven. De HEERE is God en Hij alleen!

 

“Want daarin word geopenbaar dat die geregtigheid van God geheel en al op geloof berus, soos daar geskryf staan: “Die regverdige op grond van geloof sal leef.” Romeine 1:17

 

Wie die HERE as sy Vader ken deur Christus se offer aan die kruis, is vir sy geloof nie afhanklik van welvaart, van veiligheid, van ‘n goeie oes,  van ‘n salaris van 100.000 rand, van ‘n kerk waar geen stryd vir die waarheid gestry hoef te word nie.

So’n mens het geleer,  en hoe moeilik is dit!,  hoe groot is in daardie omstandighede die aanvegtings, dat elke asemteug God, dat elke dag in geloof leef  God se geskenk is. So’n mens het deur God se werk aan en in hom geleer dat elke dag van sy lewe op aarde in geloof niks anders as genade is nie. Omdat jy dan van elke asemteug mag weet dat Christus daardie asemteug vir jou verdien het. Enige oomblik dat jy leef het Christus dan ook geheilig, skoongewas sodat daaroor God se ewige oordeel nie oor jou sal kom nie.

Dan leer ‘n mens om steeds na die HERE op te sien, alles van Hom te verwag. Dan leer jy om op die God van jou heil te bou. Om saam met die profeet Miga te bely: “Maar ek sal uitsien na die HERE,  ek wil wag op die God van my heil, my God sal my hoor.” (7:7)

Dan lê die diepste grond vir jou dankbaarheid vandag nie in goeie of maklike omstandighede nie. Dan lê dit in jou lewe met jou God, in jou lewe van die vergifnis en liefde wat Christus vir jou verdien het.

Die “nogtans” van die geloof sorg daarvoor dat  die gelowiges wat in Christus se bloed geregverdig is ondanks groot hartseer en probleme nooit definitief op moedverlore se vlakte kom nie. Dit beteken ook dat die gelowige leef. Hy lê nie onder die vloek van die ewige dood nie. Hy is ‘n deur Christus verloste mens. Die regverdige leef deur die geloof. Dit beteken ook dat hy nie alleen afwag nie. Die geloof maak hom nie tot ‘n mens wat sê: Dit is in die kerk vandag so erg en moeilik, daar is so baie afval maar ek kan niks doen nie. Ek moet net op die HERE wag.

Laat ons bedink dat die HERE self sê dat die regverdige deur die geloof leef. Dit beteken dat hy bid en werk.  Dit beteken dat ek en jy in alle omstandighede gehoorsaam aan Christus en Sy Woord wil leef.  Ons kry daarvan pragtige voorbeelde in Hebreërs 11.

 

“Want daarin word geopenbaar dat die geregtigheid van God geheel en al op geloof berust, soos daar geskryf staan: “Die regverdige op grond van geloof sal leef.” Romeine 1:17

 

Habakuk weet  op grond van dit wat die HERE gesê en belowe het dat jy in geloof alle omstandighede kan deurstaan. Die HERE het met Sy gesag gesê: “Maar die regverdige, deur sy geloof sal hy lewe.” Habakuk weet in vertroue op die HERE dat hy ook in die grootste materiële en geestelike  nood  die HERE nog sal dank en loof. Dan sal hy nog jubel en juig in die God van sy heil, sy verlossing. Habakuk mag weet dat die HERE Sy Woord, Sy belofte waarmaak. Die geloof en die bly bestaan van die kerk is gelukkig nie van ons kragte, van ons  geloof afhanklik nie.  Die geloof is God se geskenk wat die HERE vir Sy kinders gee en in stand hou. Kyk o.a. Efese 2:8 en hoofstuk 5 van die Dordtse Leerreëls.

Ons lees van die jubel en juig in die HERE terwyl die omstandighede vir ‘n mens en vir die kerk so moeilik is ook in die Nuwe Testament. Dink maar aan Paulus en Silas. Omdat hulle van die Here Jesus as die Verlosser getuig het, word hulle in Filippi in die tronk gegooi. Hulle kry nie anders as water en brood nie. Hulle is in die binneste sel opgesluit. Ondanks dit dank  en loof hulle  vir die Here  in die donker sel. Ons lees van hulle: “En omtrent middernag het Paulus en Silas gebid en lofliedere tot eer van God gesing; en die gevangenes het na hulle geluister.” (Hand 16:25)

Paulus skryf self in Romeine 8:38.39: “Want ek is versekerd dat geen dood of lewe of engele of owerhede of magte of teenwoordige of toekomende dinge of hoogte of diepte of enige ander skepsel ons sal kan skei van die liefde van God wat daar in Christus Jesus, onse Here, is nie.”

Wat is nodig om regtig vol moed en verwagting te kan lewe? Dit is God se liefde en trou, dit is die verlossing deur Christus alleen.  Die verlossing deur Christus is dit wat ons nodig het om met diepe dank en met verwagting te leef en in Christus se kerk te werk. As Christus vir jou die belangrikste is, het jy die antwoord of jy in die mees moeilike omstandighede dankbaar en gelowig sal bly.

 

“Want daarin word geopenbaar dat die geregtigheid van God geheel en al op geloof berust, soos daar geskryf staan: “Die regverdige op grond van geloof sal leef.” Romeine 1:17

 

Die laaste deel van hierdie vers is ‘n aanhaling van Habakuk 2:4. Laat ons ‘n bietjie kyk hoe dit in Habakuk se lewe is as die HERE vir hom sê: “Die regverdige sal op grond van geloof leef.”

Habakuk weet nou dat die HERE Sy Woord,  Sy verbond hou. Nogtans besorg dit vir hom weer nuwe vrae. Hoekom? Omdat die HERE vir hom gesê het dat deur die Babiloniërs  elke lidmaat van die kerk getref sal word. Sowel die ongelowiges as hulle wat nog altyd naby die HERE lewe. Habakuk se groot vraag is nou: Hoe kan dit met God se regverdigheid ooreenkom? Daarom hoor ons Habakuk vir die HERE in 1:13 sê: “U, wat rein is van oë om die kwaad aan te sien en die onreg nie kan aanskou nie – waarom aanskou U die trouelose, swyg U wanneer die goddelose die verslind wat regverdiger is as hy?”

Habakuk kry ook op hierdie indringende klag van die HERE antwoord. Hierdie antwoord beheers die hele boek Habakuk. Hierdie antwoord het ook altyd weer ‘n belangrike plek in die lewe van Christus se gemeente ingeneem. Die antwoord lees ons in 2:4: “Kyk, sy siel is opgeblase in hom en nie reg nie. Maar die regverdige, deur sy geloof sal hy lewe.”

Dis die antwoord wat die HERE gee. Hoe kan dit so wees?  Want dit lyk asof dit eintlik geen antwoord is nie. Die HERE verantwoord, regverdig Hom nie teenoor Habakuk oor Sy dade nie. Hy lê nie vir Habakuk uit hoekom Sy oordeel sowel goddeloses as regverdiges sal tref nie. Die HERE lê vir ons nie uit hoekom dit nie op ons plaas reën terwyl ons in liefde vir Christus lewe en Hom steeds weer om reën smeek nie. Die HERE verklaar nie vir ons hoekom dit onder Sy leiding gebeur dat geweld en misdaad en ‘n toename van afkeer van die HERE en Sy Woord  ons tref nie.

Die HERE verseker ons met watter vrae ons ook worstel dat die regverdige deur alles heen sal leef. Daaraan hoef ons deur Christus se werk nooit te twyfel nie. Ons hoop volgende week hier verder op in te gaan.

 

“Want daarin word geopenbaar dat die geregtigheid van God geheel en al op geloof berust, soos daar geskryf staan: “Die regverdige op grond van geloof sal leef.” Romeine 1:17

 

 Paulus skaam hom nie vir die evangelie nie. Hy skaam hom nie vir Christus wat die inhoud van die evangelie is nie. Daarvoor is ook nie een enkele rede nie! Want wat word vir ons in die evangelie vertel? Die beste wat moontlik is!  Die enigste pad na ‘n toekoms wat net goed is. ‘n Toekoms so goed dat ons daarop vandag in alle omstandighede met hoop en blydskap kan bou. Selfs in die ergste pyn en hartseer. Selfs in die mees uitsiglose omstandighede. Selfs as die dood onherroeplik so naby in jou lewe gekom het. Die ware evangelie sorg daarvoor dat in jou lewe werklikheid word wat ons in Psalm 68 lees: ‘My Heer moet geprys word! Dag na dag dra Hy ons, die God wat ons verlos. God is vir ons ‘n God van verlossing, by die HERE, my Heer, is daar uitkoms uit die dood.” Vs 20,21

Die verlossing, selfs deur die dood heen, word hier in Romeine  “God se geregtigheid” genoem. Jy sien dat dit hier juis gaan op die geregtigheid van God wat verlos, wat red. Wat selfs die oorwinnende krag teenoor die dood is. Die evangelie wat verlos is die goeie boodskap van Christus wat aan die kruis gesterf het en uit die dood is opgestaan. Die boodskap van die Verlosser wat vanuit die hemel gekom het en weer na die hemel opgevaar het en as die groot God en Koning eendag op die wolke na die aarde sal terugkeer.

Wie in geloof, in vertroue op Christus na God gaan, word deurdat Christus betaal het vir die sondes, vir jou en my skuld vir ewig gered. Wie in Christus glo, dit beteken met Hom as jou Redder en God leef, mag weet dat jy deel in wat Christus met Sy lyding verdien het. Jy deel dan in die ewige lewe wat niks en niemand jou meer kan afneem. Ons sien hier hoe onmisbaar die geloof is om vir altyd uitsig en hoop te hë. Daaroor die volgende keer verder.  

 

 “Want ik schaam mij niet voor het Evangelie van Christus, want het is een kracht van God tot zaligheid voor ieder die gelooft, eerst voor de Jood, en ook voor de Griek.” Romeinen 1:16

 

Rome was toen al een wereldstad. Een stad waar je mensen van allerlei kleur tegenkwam. Mensen met heel verschillende achtergronden. Het was wat dit betreft een beetje de wereld van toen op een klein stukje grond.

De geest maakt door Paulus duidelijk dat voor al die mensen de boodschap van Christus als de enige Verlosser waarde heeft. Niemand wordt van die boodschap uit gesloten. Het is de bedoeling dat het evangelie als kracht tot eeuwige redding gebracht wordt. Dat er een gemeente kan zijn die uiterlijk door mensen uit mensen van verschillende achtergrond en cultuur bestaat. Mensen uit andere volken hoeven geen deel meer van het volk Israël te worden als ze bij de HEERE willen horen. Als ze deel willen worden van het volk van God. Hier klinkt in andere woorden wat we bijvoorbeeld ook lezen in Galaten 3:28,29: “Daarbij is het niet van belang dat men Jood is of Griek; daarbij is het niet van belang dat men slaaf is of vrije; daarbij is het niet van belang dat men man is of vrouw; want allen bent u één in Christus Jezus. En als u van Christus bent, dan bent u Abrahams nageslacht en overeenkomstig de belofte erfgenamen.”

Dit betekent dat de vrede van God door Christus aan alle mensen verkondigd moet worden. Met de oproep om je echt tot Christus te keren als je God en Koning. Dat je dan deelt in de vrede met God en bij dat ene volk van God hoort zoals we dat ook lezen in Galaten 6:15,16: “Want in Christus Jezus heeft niet het besneden zijn enige kracht, en ook niet het onbesneden zijn, maar wel dat we een nieuwe schepping zijn. En allen die overeenkomstig deze regel wandelen: vrede en barmhartigheid zij over hen en over het Israël van God.”

We mogen niemand vanwege afkomst of achtergrond uitsluiten. We mogen ons niet tot een bepaalde groep met het evangelie richten, omdat we graag zulke mensen bij de kerk willen hebben en andere liever niet. Heerlijk dat we vrijuit de boodschap van Christus kunnen en ook moeten uitdragen. Om zondaars bij de enige Verlosser Jezus Christus te brengen.  

 

Want ik schaam mij niet voor het Evangelie van Christus, want het is een kracht van God tot zaligheid voor ieder die gelooft, eerst voor de Jood, en ook voor de Griek. Romeinen 1:16

 

 Waarom schaamt Paulus zich niet voor het evangelie? Omdat de kracht van God is tot zaligheid, tot eeuwige redding. Het is de kracht van God is voor wie in Christus gelooft.

Dit laat o.a. zien dat het evangelie niet een of andere vage boodschap is. Het heeft echt inhoud. Het is niet zo dat ieder het evangelie zo kan invullen als hij of zij zelf wil of voelt. Het is niet zoals je dat doet dat het dan voor hoe je ook invult de kracht van God tot redding is. Daarmee staat het tegenover de gedachte dat mensen hun eigen waarheid, hun eigen evangelie, hun eigen Jezus, hun eigen god kunnen hebben en dat het dan toch wel goed komt. Zo is het niet. Dan bedrieg je jezelf. Dat heeft niets maar dan niets met God, met Christus, met het evangelie, met in geloof leven te maken.

Het gaat bij het evangelie als een kracht van God tot redding om het evangelie van Christus.  De blijde en goede boodschap die aan Christus verbonden is zoals we over Hem in de Bijbel lezen. Zoals de Heilige Geest ons in de Bijbel Christus voor ogen heeft geschilderd.

Dat evangelie staat vast. Dat is voor mensen van alle volken en culturen hetzelfde. Voor de Jood en voor de Griek. Er is alleen vrede door Christus als de Verzoener die door Zijn offer voor onze zonden vrede met God gemaakt heeft. Wie gelooft, gelooft dit en wil uit liefde en verwondering volgens Gods wil leven. Omdat je uit genade aan deze Christus die echt zo geleefd en gesproken heeft verbonden bent. Geen eigen Jezus maar deze ene zoals God die aanwijst in Zijn Woord.  Dan is er de zekere hoop dat niets en niemand het eeuwige leven je af kan nemen. Geen oorlog, geen dood, geen seksueel misbruik. Helemaal niets. Blijf dan ook bij dit evangelie en laat het je niet afnemen door allerlei redenaties waarin je voor een eigen evangelie gaat dat het echte evangelie niet is.

 

Ek skaam my immers nie vir die evangelie nie, want dit is die krag van God tot verlossing vir elkeen wat glo, eerste vir die Jood, maar ook vir die Griek.” Romoene 1:16

 

 Paulus skryf sy brief. Hy getuig vrymoedig van Christus. Hy doen dit vir Jode en Grieke. Hy doen dit vir elkeen wat hy ontmoet en kan bereik. Hy maak so omdat hy hom nie vir die evangelie skaam nie. Dit is baie belangrik woorde. Ook vir ons in die 21e eeu.

Wat is ons houding in ons samelewing. Glo ons maar ons praat met ander nie daaroor nie? Glo ons in die Christus soos Hy Homself in die Bybel wys maar ons praat daaroor nie met ander mense in die kerk want hulle glo anders. Hulle meen dat Christus nie regtig vir ons skuld en sondes gesterf het nie . Nie in ons plek die straf gedra het nie maar baie meer ons die goeie voorbeeld gewys het. Bly ons dan maar stil?  Is ons bang om dan as mense gesien te word wat outyds is? Skaam ons ons in hierdie wêreld ons op hierdie manier vir Christus?

Paulus maak duidelik dat hy Hom nie vir die egte Christus skaam nie. Hy doen dit in ‘n omgewing waarin die meerderheid van sy volksgenote so anders dink. Hulle verag hom omdat hy vir die ware evangelie uitkom. Sy hart gaan juis na hierdie volksgenote en familielede uit omdat hulle sonder die geloof in Christus wat die Verlosser van skuld en sonde is, verlore gaan. Paulus praat daaroor baie indringend in Romeine 9: “Ek praat die waarheid in Christus – ja, ek lieg nie – en my gewete, deur die werking van die Heilige Gees, getuig teenoor my dat ek in my hart ‘n ontsaglike droefheid en ‘n onophoudelike pyn ervaar. Ek sou inderdaad wou bid om self vervloek te wees, verwyder van Christus, in belang van my broers, my volksgenote na die liggaam.”

Paulus bid en hy verkondig Christus aan elkeen wat hy kan bereik met hartseer in sy hart om almal wat sonder die egte Christus leef. Laat ons ons ook nie skaam nie maar vryuit die evangelie aan mense rondom ons vertel.  

 

“Zo is wat in mij is, gewillig om ook u die in Rome bent, het Evangelie te verkondigen.” Romeinen 1:15

 

Paulus is gewillig om het evangelie te verkondigen. Daar ging het gisteren in de afscheidspreek in Hoevelaken ook over. Hier een stukje uit die preek wat er bij past.

Paulus weet zich geroepen! Door Christus, door God.

Dat is waar het in zijn leven om gaat! Niet om geld, niet om door de meerderheid geroemd te worden. Niet om door de meerderheid aardig gevonden te worden. Hij leeft niet voor menselijke schouderklopjes.

Hij leeft om dat te doen waar Christus hem toegeroepen heeft! Hij weet dat hij maar een mens is. Dat hij als hij naar zichzelf kijkt alleen maar Gods oordeel en de eeuwige straf verdiend heeft. Het is al zo bijzonder dat Christus hem geroepen heeft, terwijl hij op de verkeerde weg was. Hij heeft uit zichzelf nergens recht op. Als Hij het evangelie brengt doet hij niets anders dan wat hij in dienst van Christus heeft te doen. Wanneer wij leven in dienst van Christus, ook als we geen ambtsdragers zijn, doen we niets anders dan wat bij ons mens als beeld van God hoort. We doen dan wat we moeten doen. Dat is het hele normale leven. Zie Lukas 17. Daarvan zegt de Here Jezus: “Zo moet ook u, wanneer u gedaan hebt al wat u opgedragen is, zeggen: Wij zijn onnutte dienaren, want wij hebben slechts gedaan wat wij moesten doen.” Lukas 17:10

Het gaat er dus bij de bediening van Gods Woord, bij de verkondiging van het evangelie van Christus om dat we Christus de gemeente voor ogen schilderen zoals de Geest dat in de Bijbel, in het Woord van God laat zien. Ook als mensen protesteren, ook als mensen dat niet meer van deze tijd vinden. Ook als mensen en theologen zeggen dat het niet meer werkt om Christus aan te wijzen als de Verlosser van onze zonden en dat bekering nodig is. Dan zegt een ouderling tegen je: Rob als je nu eens een keer niet dat evangelie van zonde en genade brengt, maar je preek alleen maar uit een zin laat bestaan: De HEERE houdt van jullie. Punt. Wat zal een groot deel van de gemeente dan blij zijn. Dan komt in moeilijke omstandigheden de verleiding op je af om het Woord van God aan te passen. Dan moet je goed bedenken dat het evangelie, die machtige boodschap van de rijke Christus voor arme zondaren ook in Bijbelse tijd niet werkte voor mensen die zichzelf wilde handhaven en die vanuit hun zondige hart voor welvaart en gezondheid en leven uit eigen kracht wilden leven.

Dat werkt na al die eeuwen niet meer zeggen mensen dan. Weet je mijn broeder en zuster dat werkte ook in de tijd van de Bijbel al niet! Waarom niet omdat het echte evangelie niet is wat wij na de zondeval willen. Juist het echte evangelie ketst af op dat harde zondige hart van ons dat zacht gemaakt moet worden. De Geest laat het Paulus in Galaten 1 zo zeggen: “Want ben ik nu bezig mensen te overtuigen, of God? Of probeer ik mensen te behagen? Als ik immers nog mensen behaagde, zou ik geen dienstknecht van Christus zijn. Maar ik maak u bekend, broeders, dat het Evangelie dat door mij verkondigd is, niet naar de mens is.” Vs 10,11

Dat is niet alleen theoretische uitspraak. Je ziet het in de Bijbel steeds weer! Denk aan het volk Israël, de kerk in het Oude Testament. Steeds weer gaat een groot deel van het volk weg bij de boodschap die de HEERE laat verkondigen. Daarom zijn er in het Oude Testament steeds weer profeten die het volk oproepen tot bekering, tot terugkeren naar een laven volgens Gods goede geboden. Tot echte liefde voor God en daarom jezelf en je eigen zondige hart verloochenen.

 

 

“Teenoor Grieke sowel as nie-Grieke, teenoor wyses sowel as onverstandiges; staan ek in die skuld”. Rom 1:14  

 

Hoekom skryf Paulus ‘n brief aan die kerk in Rome. Ons kan die vraag hier wyer maak. Hoekom getuig Paulus van Christus. Waarom vertel hy ander mense van Christus? Waarom verkondig hy vanuit die Ou Testament en vanuit wat Christus hom geleer het die boodskap om tot Christus te kom tot jou redding. Hoekom doen hy dit aan sy volksgenote en ook aan mense van ander volke? Waarom vertel hy die evangelie aan mense wat geleerd is en nie geleerd is nie.

In die eerste plek omdat Christus self hom daardie opdrag gegee het. Christus wat die Koning van die kerk is en wat ook die Koning van alle konings is. Ons lees daardie opdrag o.a. in Handelinge 9 as die Here vir Ananias laat weet wat Paulus se taak sal wees en dat hy dit vir Paulus moet vertel: “Gaan, want Ek het hom uitgekies as instrument om my Naam uit te dra na nasies en na konings en na Israel.” Vs 15

Hierdie opdrag om die evangelie vrymoedig uit te dra gaan verder. Ook om die onderwys te gee waardeur mense in die kerk in hulle geloof versterk word. Ek dink nou aan wat Paulus aan sy helper Timotheus skryf: “Verkondig die woord, hou tydig en ontydig aan, weerlê, bestraf, bemoedig in alle geduld en deur lering. Want daar kom ‘n tyd wanneer hulle die gesonde leer nie sal verdra nie, maar omdat hulle ore gestreel wil word deur wat hulle hoor, sal hulle vir hulleself leermeesters na begeerte uitsoek.” 2 Tim 4:2,3

Die opdrag om vryuit die evangelie te verkondig is daar ook vir ons almal wat by Christus behoort! Die Here het die Gees uitgestort om dit almal te kan doen op ons eie plek en in ons eie omstandighede. Dit lees ons o.a. in 1 Petrus 2:9: “Julle, egter, is ‘n uitverkore geslag. ‘n koninklike priesterdom, ‘n heilige nasie, ‘n volk wat aan God behoort, sodat julle die deugde kan verkondig van Hom wat julle uit die duisternis geroep het na die wonderlike lig.”

Ons lees dit ook in 1 Petrus 3:15: “Inteendeel, eerbiedig Christus as Here in julle harte, altyd gereed om julle te verantwoord teenoor elkeen wat julle rekenskap eis oor die hoop wat in julle leef.”

 

“Welzalig de mens van wie de kracht in U is – in hun hart zijn de gebaande wegen.” Psalm 84:6  2 Oktober 2024

 

Het is 80 jaar geleden dat ruim 600 mannen uit Putten door de Duitsers werden gevangengenomen. Vanuit de kerkdienst werden ze naar de concentratiekampen gebracht. Veruit de meesten kwamen niet terug. Gestorven. Wat een verdriet in veel gezinnen.

Het heel bijzondere is dat deze mannen zongen terwijl ze werden weggevoerd. Ze zongen vanuit de Oude Berijming Psalm 84:3,4:

 

Welzalig hij, die al zijn kracht
En hulp alleen van U verwacht,
Die kiest de welgebaande wegen;
Steekt hen de hete middagzon
In 't moerbeidal, Gij zijt hun bron,
En stort op hen een milden regen,
Een regen, die hen overdekt,
Verkwikt, en hun tot zegen strekt.

 

Zij gaan van kracht tot kracht steeds voort;
Elk hunner zal, in 't zalig oord
Van Sion, haast voor God verschijnen.
Let, HEER der legerscharen, let
Op mijn ootmoedig smeekgebed;
Ai, laat mij niet van druk verkwijnen;
Leen mij een toegenegen oor,
O, Jacobs God, geef mij gehoor.

De rillingen gaan over je lijf als je dat hoort. Als je weet dat de HEERE doet wat Hij belooft. In het diepe verdriet en ellende geeft de HERE het leven aan wie dit in geloof, in vertrouwen zingen. Meer woorden zijn niet nodig. Je kunt op de HEERE aan!

 

 

“Ek wil nie hê dat julle hieroor onkundig  moet wees nie, broers, dat ek my dikwels voorgeneem het om na julle te kom – alhoewel ek tot nou toe verhinder is – sodat ek ook onder julle vrug kan kry soos onder die ander heidene.” Romeine 1:13

 

Paulus laat weet dat hy dikwels die voorneme  gehad het om na die christene in Rome te gaan . Hy het dit meerdere kere gepoog maar die geleentheid was steeds nie daar nie. Ons lees hier iets wat ook vir ons lewe belangrik is. Ook vir ons saamleef in Christus se kerk. Ons kan in iemand teleurgestel wees of selfs  kritiek op iemand hê omdat hy of sy nie genoeg aandag aan ons gee nie. So voel ons. As jy daaroor praat, sê die ander dat hy meerdere kere jou aandag het wil gee maar daar was ander dinge wat sy aandag gevra het. Dinge wat van meer gewig was op daardie oomblik. Ons moet goed bedink dat ons nie God is nie. Die HERE kan aan alle dinge tegelyk aandag gee. Dat is vir ons onmoontlik. Van ‘n mens kan soveel verwag word dat hy of sy dit nie kan waarmaak nie.

Wat Paulus hier skryf, wys ons dat ons mekaar moet leer vertrou. As iemand sê dat soveel op hom af gekom het dat dit nie moontlik was om aan jou aandag te gee nie, moet ons dit in liefde aanvaar. Dan is dit al so goed dat jy weet dat die ander aan jou gedink het en vir jou gebid het sonder dat hy by jou kon uitkom.  Gelukkig is dit die Here wat Sy kerk vergader en wat vir al Sy kinders sorg en is ons nie van mense afhanklik vir die lewe waarin Christus ons houvas is nie.

By die verklaring van hierdie teks skryf Calvyn o.a. die volgende: “Daaruit leer ons dat die Here meermale die planne van die heiliges verydel, waardeur Hy hulle verootmoedig en deur sodanige verootmoediging leer om op Sy voorsienigheid te let en daarvan afhanklik te wees.”   Dit is belangrik om altyd weer te bely dat ons vir die uitvoering van ons planne van de die Here afhanklik is. Soos ons in Jakobus 4 lees: “Kom nou, julle wat sê: “Vandag of môre sal ons na hierdie of daardie stad gaan, en ‘n jaar daar deurbring, en handel dryf en wins maak.” Julle weet nie eers wat môre gaan gebeur nie. Hoe is julle lewe dan? Dit is maar ‘n  miswolkie, wat net vir  ‘n kort rukkie verskyn en dan weer verdwyn. Julle moet eerder sê: “As die Here wil en ons nog leef, sal ons dit of dat doen.” Vs 13-15

 

"Niet omdat wij van onszelf bekwaam zijn iets te denken, als was het uit onszelf, maar onze bekwaamheid is uit God. Hij heeft ons namelijk bekwaam gemaakt om dienaars van het nieuwe verbond te zijn, niet van de letter, maar van de Geest; want de letter doodt, maar de Geest maakt levend." 2 Korinthe 3:5,6

Meer dan 37 jaar geleden met deze tekst intrede gedaan als dienaar van het Woord op Urk. in de loop van de 37 jaar er al meer van overtuigd geraakt dat je uit jezelf niet bekwaam, niet geschikt bent om dit werk te doen. In eigen kracht wordt dat helemaal niets. Dat maakt je klein voor de HEERE. Dat je dit werk mag doen, is zo'n wonder. Het gaat niet om je eigen overtuiging, maar om wat de HEERE zegt en om dat te verkondigen. Dan blijven de woorden in de Bijbel maar geen letters. Het blijven ook maar geen regels. Nee, dan laat de Geest de woorden in de Bijbel schitteren. Dan worden ze vol van Gods boodschap, Zijn evangelie. Dan leer je door de Geest om dat Woord te moeten verkondigen. Ook als het tegen de haren van eigen hart of anderen in strijkt. Wat ben je dan dankbaar dat je in die 37 jaar dit mocht doen en blijven doen. Door Gods genade. Met al de gebreken, fouten en zonden die er in je eigen leven en bediening waren en zijn.
Nog is dit meer as 37 verder. Die dag het aangebreek dat die emeritaat gekom het. Hoe goed was dit om meerdere gemeentes te dien. ook in Suid-Afrika. Die HERE het 'n ryk lewe gegee. Ons hoop dat nog jare van gesondheid kom en die HERE ons nog baie jare vrugbaar in Sy Koninkryk laat wees. Daarby is ek baie dankbaar dat marthy al die jare saam met my die werk gedra het. Dankbaar ook dat ons kinders Christus mag ken en op hulle manier bygedra het aan die werk wat die HERE gegee het om te doen.
Laat ons almal in diens van Christus wil staan en op Hom bou. Dit van Hom verwag. Dan gee Hy uit genade ons almal wat ons nodig het. Dan bly die woorde in die Bybel nie net letters nie. Dan hoor ons as ons lees die HERE se eie stem. dan is dit die Gees wat ons wil gee om op Sy stem Christus se volgelinge te wees.
Dankbaar vir wat die HERE gee en sal gee. Deur die Gees ontvang ons dan die lewe wat nie stukkend gemaak kan word nie. Selfs nie deur die dood nie.

 

“dat is te zeggen, om in uw midden samen bemoedigd te worden door het onderlinge geloof, zowel dat van u als dat van mij.” Romeinen 1:12

 

Ergens heen gaan om bemoedigd te worden. Om te beseffen dat Gods werk veel groter is als wat je in je eigen omgeving ziet. Je kent de strijd om in een samenleving waarin je als kerk van Christus zo klein bent. Waarin er zovelen zijn die vreemd naar je kijken. Ook mensen die zelf naar een kerk gaan vinden dat je in je vasthouden aan de Bijbel als Gods betrouwbare Woord een soort museumstuk geworden bent. Je maakt het aan den lijve mee dat velen met wie samen naar de kerk bent gegaan nu zo anders denken, zo anders geloven of niet meer of bijna niet meer naar de kerk gaan.

Je kent het intense verdriet dat je ook leest in Psalm 42 al zijn de omstandigheden heel anders als die van de dichter toen:

“Mijn tranen zijn mij tot voedsel,

dag en nacht,

omdat zij de hele dag tegen mij zeggen:

Waar is uw God?

Hieraan denk ik

en ik stort mijn ziel in mij uit:

hoe ik meeging in de stoet

en met hen optrok naar Gods huis,

onder luide vreugdezang en lofliederen:

een feestvierende menigte.

Wat buigt u zich neer, mijn ziel,

en bent u onrustig in mij?

Hoop op God, want ik zal Hem weer loven

voor de volkomen verlossing van Zijn aangezicht.” vs 4-6

Wat is het dan een bemoediging als je op een andere plaats in de wereld broers en zussen in hetzelfde geloof ontmoet. Niet om je eigen clubje te vormen en te koesteren, maar om vanuit dat gemeenschappelijk vertrouwen op de HERE en Zijn Woord bevestigd te worden. Wat was het een heerlijke bemoediging om dat mee te maken in Zuid-Afrika in de week die achter ons ligt. Samen met de afgevaardigden uit Canada en Australië. Echt een geschenk dat Christus gegeven heeft. Wat hebben we het nodig om zo ook elke zondag bemoedigd te worden als we samenkomen rondom Gods Woord. Wanneer we Zijn zuivere stem horen, waardoor Hijzelf tot ons spreekt.

 

AFRIKA MYMERINGS (V)

Die dag om weer Holland toe te vlieg het gekom. Gisteraand afskeid van die sinode geneem. Ek het die verrigtings gister met die laat sing van Psalm 66 die laaste 2 verse in Engels en met die dankgebed mag afsluit. Hoe goed was dit om hier te wees op die sinode en met al die kontakte wat ons gehad het. So baie hartlikheid.

Dit is ook so goed om te sien hoe die kerk hier met verskillende velkleure en agtergronde saam volgens God se Woord wil lewe. Jy kom nie aan die Woord om kritiek te hê nie maar jy laat jou deur die Woord lei en korrigeer. Die eerbied wat daar is. Dit is ook opvallend as jy sien hoe baie dienare van die Woord uit hierdie kerke van nog geen 2000 lidmate gekom het. As jy sien dat daar nou 8 teologiese studente is en dat verseker ook in de jare wat agter ons lê 10 predikante, wat oor die wêreld dien, gekom het. Die HERE se seën is groot.

Nêrens is die kerk volmaak. Ook hier was hartseer jare. Nogtans het die eerbied vir die HERE gebly. Die eerbied wat steeds weer die persoonlike verhouding met die HERE soek en beklemtoon het. Steeds weer die beklemtoning om die Here Jesus te ken en met Hom as jou God, Koning en Verlosser te leef. Dit is heerlik om so deel te wees van die gemeenskap wat so wil leef. Ons het die saam so kan praat en leef so baie geniet. Ons hoop in die jare wat kom ook hier nog meerdere kere vir ‘n langer tyd te kan kom. Ons weet ook dat dit in Christus se hande is. Ons lê dit in Sy hande.

Hier is ook groot uitdagings as dit gaan om hoe die kerke die sendingwerk in stand kan hou en hoe gemeentes in die ekonomiese omstandighede kan leef en bestaan. Nogtans sien jy ook die vertroue op die HERE wat Sy kerk in stand hou. Jy sien hoe juis  aandag vir die gebed, vir die geloof en vir die saam leef vir die HERE se oë daar is. Juis ook die aandag vir die opdrag wat die Here Jesus gee om die lig van die evangelie te laat skyn.

Ons sou so graag langer wil bly. Om juis ook self deur die geloofsvertroue van die broeders en susters versterk te word.  Juis dan mag ons weet dat die Here ons nou ander opdragte gee en daarom gaan ons bemoedig en met die gebed vir die VGKSA en sy mense vandag weer terug Holland toe.

 

AFRIKA MIJMERINGEN (IV) Maandag 23 september 2024

 

We hebben een goede zondag gehad waarop we de bidstond voor de synode in Mamelodi hebben bijgewoond. Gezongen in Sotho, Engels en Afrikaans. Collega van Alten is voorgegaan. Hij heeft duidelijk gemaakt dat we leven onder het koningschap van Christus. Dat dit ook betekent dat we ons niet moeten bezighouden met allerlei kerkelijke zaken, terwijl ons hart en leven met Christus verbonden is. Bezig zijn met de zaken op bijvoorbeeld de synode moet vanuit het levende geloof in Christus voortkomen. Moet zo zijn dat we niet onze kerk willen promoten, maar vanuit Christus kerk willen zijn.

Vanmorgen is de synode van de Vrije Gereformeerde kerken begonnen. 12 afgevaardigden hebben een moderamen gekozen. Het was en verrassing dat ik werd uitgenodigd om als adviseur de vergadering bij te wonen. De kerken uit Canada (Canadian Reformed Churches) en die uit Australië (Free Reformed Churches) waren aanwezig. Ieder met 2 afgevaardigden. Eenstemmig en met blijdschap werd besloten om de band met deze kerken voort te zetten.

Daarna kwam de behandeling van ons verzoek om ook een zusterkerk-relatie aan te gaan ter sprake. Het voorstel van deputaten was om net als een aantal maanden geleden in Australië gebeurd was, te besluiten dit nog een tijdje aan te zien en dan te besluiten. Dit terwijl ze wel heel blij waren met de ontwikkelingen tussen DGK en GKN.

Ik mocht verduidelijken wat de situatie in Nederland was. Ook vertelt dat we al een zijn en dat in oktober over de praktische regelingen besloten wordt. In een synode. Dat we ook juist met andere kerken in contact zijn om de eenheid te zoeken. Ook het verdriet benoemt dat er bij ons is, omdat velen van wie we houden een weg gaan die van Gods Woord afleidt. Ook gesproken over de bemoediging die we nodig hebben en mogelijkheden voor samenwerking in de opleiding van de studenten. Daarna waren er heel wat vragen. Na bespreking kwam er een heel ander besluit. Unaniem genomen en ook met de steun van de afgevaardigden uit Canada en Australië.

Het belangrijkste ervan is dat de kerkenraden aanbevolen worden om onze attestaties, als iemand naar Zuid-Afrika komt, te aanvaarden. Dat we aan elkaars avondmaalstafels worden toegelaten. Dat is voor de tussentijd. Dat verder eraan gewerkt wordt samen met Canada en Australië om op de gewone synode van 2026 tot volle zusterkerk relatie te komen. Een besluit om zo dankbaar voor te zijn! Wat werkt die HERE in Zijn genade op een heerlijke manier.

Dankbaar en blij ga ik slapen. Morgen weer een dag op de synode. Samen bezig zijn tot eer van de Here en Zijn kerk.

 

AFRIKA MYMERINGS (III)

 

Vandag  en gister baie mooi gesprekke. Wat op verskillende manier die dankbaarheid beklemtoon het. Dankbaar vir ‘n verlede waarin baie moeilike dinge was. Dankbaar dat ‘n mens in God se Koninkryk kan werk sonder om daarmee baie geld te verdien. Jy gebruik nog steeds jou meubels wat jy al meer as 10 daar het. Jy soek nie baie welvaart nie. Jy is so dankbaar dat jy kan uitdeel. Jy is nie bitter oor die verlede nie maar dink aan die mooi dinge. Jy sien dit raak as God se genade. Jy gee om vir ander wat ver weg van jou is. Waar jy kan, wil jy uitreik en sorg. Jy soek ook ander wat dit kan doen.

Jy sien die verleiding van groot welvaart raak. Mense kan reis en trek wat hulle maar wil. Dit gaan belangriker vir hulle word as om in Christus se kerk te wees en daar saam te bou. Om ook te bou in ‘n omgewing waarin die trou aan die HERE vir teenstand sorg. Mense het hul eie belange en wil nie eie posisie en invloed kwytraak nie.  

Ons praat saam. Gister en vandag. Hoe goed is dit dat dit voel asof nie jy weg was nie. Hoe kan ons mekaar help. Hoe kan ons help in die konteks van Suid-Afrika se samelewing. Baie kanse maar dan ook vanuit die dankbaarheid dat dit die HERE is wat gee. Dan dink ek aan die tweede deel van 1 Korinte 4:7: “En as jy dit dan ontvang het, waarom roem jy asof jy dit nie ontvang het nie?”

As ek alles in die lewe van die HERE kry, bly niks oor om oor jouself te roem nie. Dan bly niks oor  om jou oor ander te verhef nie. Dan bly niks oor om my bo Afrika en Afrika se mense te verhef nie. Dan dink ek daaraan dat die Here Jesus vol ontferming bewoë is oor mense wat nie die regte leiding gekry het nie. Dat die Here Jesus, dat God se eie Seun gekom het om te dien. Dan besef jy dat jy alles wat jy het van die HERE gekry het nie daar is om geprys te word nie maar om te dien. Christus het na die wêreld gekom om te dien. Sou ek dan nie dien nie? Sou ek dan meer en beter as die Here Jesus wees? Dan leer ek om te wil dien waar en in watter omstandighede ook. Dan gee ons ons oor aan die HERE se leiding. As ek maar diensbaar aan Hom kan wees.     

 

AFRIKA MYMERINGS (II)

 

Afrika is ‘n pragtige deel van God se skepping. ‘n Deel van die wêreld waar baie mense in armoede leef. Waar baie mense leef wat ‘n ander velkleur het as die meeste mense in Europa. Saam is ons mense wat die HERE geskep het. Saam is ons mense wat na God se beeld geskep is en ook die opdrag het om na mekaar God se beeld te wys. Die velkleur maak ons nie meer of minder mens en beeld van God nie.

Wanneer ‘n mens sien hoe erg en groot armoede kan wees. Nie net in Afrika nie. Ek lees nou ‘n boek waarin ook armoede in Indië beskryf word. Mense wat amper niks kan en doen nie. Net bedel omdat hulle regtig niks anders vir hulle moontlik is nie. As jy dan gesprekke in Nederland hoor, hoor jy baie wat ontevrede is. Wat hulle welvaart nog nie groot genoeg vind nie. Wat kla as die groei van die koopkrag nie 1,1 persent is nie maar 0,7 persent.

Dit is so nodig en belangrik dat ons leer om dankbaar te wees. Om raak te sien dat ons alles gekry het en dit nie ons verdienste is dat baie van ons welvarend is nie. Geld maak nie gelukkig en dikwels ook nie dankbaar nie. So is dit verseker met mense wat hul bo ander verhewe voel. So was dit ook in die gemeente van Korinte. Daardie gemeente het hul bo Paulus en bo ander gemeentes verhewe gevoel. Dit is die Gees wat deur Paulus o.a. met hierdie woorde daarop reageer: “En wat het jy wat jy nie ontvang het nie?” 1 Kor 4:7

Hoe het die gemeente van Korinte ontstaan? Deurdat die Gees Paulus gestuur het om daar die evangelie te bring. Hulle het hul geloof nie aan hulself te danke nie! Dit kom van die Gees. Sonder Paulus sou hulle nie van Christus gehoor het nie!

Alles wat ons het, is nie ons verdienste nie. Ons kry in eie krag niks reg nie! Alles wat ons het, is wat ons van God gekry het. As jy baie gekry het, het ons ook die opdrag om ander wat min het te help. Ons is saam mense wat vanuit God se liefde juis ook die ander wat arm is, moet laat deel in die welvaart wat ons het. Ons posisie dat ons baie het regverdig nie dat ons ander arm laat wees om self nog meer koopkrag te kry nie.  As jy dan bedink dat die nuwe Nederlandse regering nog net voedselhulp vir arm lande wil gee en hulp wat ook vir ons voordelig is dan skaam ek my dat ek Nederlander is. Ook ons het alles gekry om as goeie rentmeesters op hierdie aarde ander daarin te laat deel. Dan is jy ryk. Ryk in Christus.

 

AFRIKA MYMERINGS (I)

 

Ons het in Pretoria aangekom. Gisteraand om 11.30 was ons op die plek waar ons ‘n week gaan bly. Saam terug op die plek waar ons 10 jaar gewoon het. Tien jaar van ons lewe wat ‘n baie goeie tyd was. ‘n Tyd waar ons met groot dankbaarheid aan terugdink.

Hoe goed sal dit wees om die gemeente weer te sien. Dit is vir ons 6 jaar gelede dat ons die mense van die gemeente gesien het. Ek hoop Sondagmôre in die kerkdiens voor te gaan. Om weer soos  jare gelede saam vanuit die Woord die evangelie te hoor. Om saam die HERE die lof te sing.

As ek dan dink aan waarmee ons besig is in die meditasies vanuit die brief aan die Romeine gaan my gedagte na die vers wat ook aan die beurt was om daaraan aandag te gee. Dit was 1:12: “Dit is, dat ek saam bemoedig kan word onder julle deur die gemeenskaplike geloof, van julle sowel as van my.”

Saam bemoedig word in die geloof in ons Here Jesus Christus. Saam weet dat ‘n mens in Nederland en in Suid-Afrika net toekoms het as ons op Hom bou. In verskillende omstandighede is Hy altyd wie ons nodig het. Hy gee vir ons op die gebed ook altyd wat ons nodig het om as God se kind te kan en te bly leef. Ons sien uit na die bemoediging die juis ook van die broers en susters wat hier leef en saam Christus se kerk is. Onder die Afrika-son met die wete dat Christus oor die hele wêreld  regeer.  

 

 

ROMEINEN MEDITATIES/ROMEINE MEDITASIES (soms een andere)

 

“Want ik verlang er vurig naar u te zien, om u in enige geestelijke genadegave te laten delen, waardoor u versterkt zou worden”. Romeinen 1:11

 

Paulus is een door Christus gezondene. Tot nu toe heeft hij van Zijn Heer nog niet de gelegenheid gekregen om naar Rome te gaan. Dat was voor de mensen in die tijd eigenlijk de makkelijkste en veiligste reis. Naar Rome waren de snelwegen van die tijd aangelegd. Als je een keer voor die tijd op de grote wegen was, was het druk en in de meeste gevallen juist daardoor ook veilig. Toch geeft Christus aan Paulus steeds ander werk te doen en stuurt hem naar andere plaatsen.

Dat maakt het verlangen van Paulus om ook naar de gemeente van Rome te gaan er niet minder om. Er is daar de afgelopen tijd veel gebeurd. Veel onrust ook. Dat weten we ook uit de algemene geschiedenis. De brief aan de gemeente van Rome is waarschijnlijk rond het jaar 57 na Christus geschreven. In 50 na Christus heeft keizer Claudius de Joden uit Rome verdreven. Daarbij zullen ook christenen bij geweest zijn. In het jaar 55 mogen de Joden weer terugkomen in de hoofdstad van het Romeinse Rijk. Dan ontstaat er in deze stad weer een christelijke kerk die zowel uit Joden als mensen uit andere volken bestaat. Juist in zo’n tijd van veel verandering. Dat ook de samenstelling van een gemeente door groei nogal verandert, is het belangrijk om weer stabiliteit te vinden.

Paulus wil graag helpen. In dienst van Christus. Hij heeft als apostel veel van Christus gehoord. Persoonlijk. Dat wil hij graag met deze gemeente delen, zodat de gemeente met verschillende achtergronden zijn vastheid in Christus vindt. Het zijn geestelijke gaven. Het zijn cadeaus van Geest die Paulus gekregen heeft om uit te delen. Dat doet hij graag. Hij kan nu niet persoonlijk komen, maar door deze brief wil hij meewerken aan de versterking van het geloof in deze gemeente. De Geest heeft deze brief in de Bijbel laten opnemen en daarmee laten zien dat dit echt Zijn cadeau ook aan ons is. Om gesterkt te worden in ons geloof.

 

 

Toezicht op informeel onderwijs 

“En Hij begon hun veel dingen te onderwijzen.” Markus 6:34

 

Eerst even een opmerking vooraf. Vandaag en morgen, en misschien woensdag, is er een Nederlandse meditatie. Woensdag hopen we voor ruim een week naar Zuid-Afrika te gaan vanwege bezoek aan de synode van die Vrye Gereformeerde Kerke daar. In die week hoop ik dan Afrikaanse meditaties of indrukken te schrijven.

Onze regering heeft aangekondigd dat ze verder werken aan een wet op informeel onderwijs. Onder dit informele onderwijs valt bijvoorbeeld ook catechisatie. Ook ander jeugdwerk in de kerk waar kinderen vanuit Gods Woord onderwezen worden. De regering wil ook daarop grip krijgen. Er worden dan voorbeelden genoemd waarbij kinderen extreme dingen leren. Waar ze aangezet worden tot haat tegenover anderen. Waarbij ze eventueel zelfs worden aangezet tot terreurdaden.

Je kunt je voorstellen dat een overheid dit soort dingen wil voorkomen. Aan de andere kant heb je mensen die vinden dat bijvoorbeeld op sociale media alles gezegd en beweerd moet kunnen worden. Geen enkel toezicht zou er moeten zijn. Zelfs haatzaaien en ophitsing zou mogelijk moeten zijn. We moeten alles kunnen zeggen wat we denken en voelen.

Het moet duidelijk zijn dat onderwijs dat haat zaait en dat opzet tot geweld niet kan. Dat moet bestreden worden. Juist vanuit het gebod van God dat je je naaste moet liefhebben. Dat die liefde zelfs moet uitgaan naar onze vijanden. Het echte christelijke onderwijs is dat je leert om volgens Gods goede geboden te leven, om Christus te volgen en daarbij je naaste goed wilt behandelen. Dat je ook je naaste zonder geweld en onderdrukking de weg van Christus wijst. Het onderwijs aan onze kinderen heeft daar vol van te zijn. Om ze te leren wat Christus ons als de Goede Herder heeft geleerd. Ook als dat tegen de heersende meningen in de samenleving ingaat.

In die zin hoef je niet bang te zijn voor toezicht op informeel onderwijs. Toch is het heel gevaarlijk wat er nu gebeurt. Als er zo’n wet komt, kan die ook zomaar ingezet worden om het onderwijs zoals ik dat hierboven noemde te gaan verbieden. Omdat het niet strookt met wat in de maatschappij de heersende mening is. Er kan zomaar de situatie terugkeren zoals die er in de tijd van de Afgescheidenen was. Deze gereformeerde mensen werden na 1834 en daarna vervolgd en uit elkaar gejaagd door een wet uit de tijd van Napoleon te gebruiken dat de overheid bepaalde vergaderingen van meer dan 19 personen mocht verbieden. Laten we het onderwijs volgens Gods Woord steeds laten uitgaan naar onze jeugd. Wat de overheid daarvan ook vindt.

 

“Want God, Die ik in mijn geest dien in het Evangelie van Zijn Zoon, is mijn Getuige, hoe ik zonder ophouden aan u denk. Steeds weer vraag ik in mijn gebeden of mij, zo mogelijk, door de wil van God eens een goede gelegenheid geboden zal worden om naar u toe te komen.” Romeinen 1:9,10

 

 God dienen in het evangelie van Zijn Zoon. In dienst van God staan, bij God als je Vader horen kan alleen als je in dat evangelie van Christus staat. Wanneer je jou door het evangelie laat omringen. Wanneer de boodschap van Christus boven en onder jou is. Wanneer dat evangelie voor en achter je is. Wanneer je in dat evangelie leeft. Het steeds tot en in je laat stromen. Om het in te drinken. Om het Woord van God jouw voedsel te laten zijn waar je niet zonder kunt leven.

Paulus laat zien dat als je zo met Christus verbonden bent, je je ook verbonden weet met de kerk op andere plaatsen op de wereld. Dan word je als gelovige en als gemeente niet egoïstisch. Dan ga je niet alleen voor jezelf. Dan wil je er voor elkaar zijn, omdat je samen met Christus verbonden bent. In hem die Zijn kerken aan elkaar verbindt, hoor je dan door en in Christus bij elkaar. Zoals we dat o.a. lezen in Openbaring 1. Waar duidelijk is dat geloof in Christus aan elkaar verbindt. We lezen in Openbaring 1 o.a. dit: “Ik was in de geest op de dag des Heeren en ik hoorde achter mij een luide stem, als van een bazuin, die zei: Ik ben de Alfa en de Omega, de Eerste en de Laatste, en: Wat u ziet, schrijf dat op een boekrol en stuur het aan de zeven gemeenten die in Asia zijn: naar Efeze, naar Smyrna, naar Pergamus, naar Thyatira, naar Sardis, naar Filadelfia en naar Laodicea. En ik keerde mij om, om de stem te zien die met mij had gesproken. En toen ik mij had omgekeerd, zag ik zeven gouden kandelaren. En te midden van de zeven kandelaren zag ik Iemand Die op de Zoon des mensen leek, gekleed in een gewaad tot op de voeten, en op de borst omgord met een gouden gordel”. Vs 10-13

Paulus kan zeggen dat ook de gemeente van Rome steeds in zijn gedachten in zijn hart is. Hij denkt aan deze gemeente, hij bidt voor deze gemeente. Daaraan hoeven ze niet te twijfelen. God is daarin Paulus’ getuige. Paulus zweert hier om een eerbiedige en natuurlijke manier. Hij spreekt vrijuit over die HEERE die Zijn hart en leven kent. De gemeente aan wie Hij een brief schrijft mag weten dat hij het doet vanuit de liefde van zijn hart. Liefde die God hem gegeven heeft. Zo mogen ze de brief nu ook gaan lezen.

 

“God, wat ek met my hele wese dien deur die evangelie van Sy Seun, is my getuie dat ek gedurig aan julle dink”.  Rom 1`:9

 

 Paulus wat nog nooit in Rome nie. Dit terwyl sy taak was om die evangelie ook onder die heidene te verkondig. Rome was toe ‘n baie groot en belangrike plek in die wêreld. Nogtans het Paulus nog nie na daardie stad gereis nie.

Was dit omdat hy geen belang in die mense daar stel nie? Het hy geen liefde vir die gemeente wat daar ontstaan het nie? Ons moet goed bedink dat die Here die verkondigers van die evangelie stuur waarheen Hy wil. Op Sy tyd. Ons kan planne maak maar dit is die Here Christus wat ook as dit om hierdie dinge gaan in beheer is. ‘n Baie duidelike voorbeeld in Paulus se lewe is wat ons in Handelinge 16 lees: “Hulle het deur Frigië en die landstreek van Galasië gereis, omdat hulle deur die Heilige Gees verhinder is om die woord in Asië te verkondig. Toe hulle naby Misië kom, het hulle probeer om na Bitinië te gaan, maar die Gees van Jesus het hulle nie toegelaat nie. Hulle het toe by Misië verbygereis en afgegaan na Troas.” Handelinge 16:6-8

Dan kom die Here Jesus vir Paulus in ‘n visioen vertel dat hy na Macedonië moet gaan. Hy moet in Griekeland, hy moet in Europa die evangelie gaan verkondig. Christus bepaal waar Sy boodskap gebring moet word.

Dit is net die HEERE se genade as die evangelie na ons toekom. As ons genooi word om tot Christus te kom. As die Here God mense stuur wat vir ons die regte evangelie kom verkondig.

Paulus wil Christus se dienaar wees. Met sy hele wese. Hy wil daar vir Christus werk waar Hy hom stuur. Dit leer ons ook dat as mense tot die verkondig van die evangelie geroep word dit ‘n roeping is wat ons hele lewe moet bepaal. Met jou hele wese, met jou hele hart in diens van Christus. Hoe goed is dat!

Vir ons almal beteken dit dat ons met ons hele lewe Christus wil dien in die take waartoe die HEERE ons in ons lewe roep.

 

“Allereerst nu dank ik mijn God door Jezus Christus voor u allen, omdat uw geloof in de hele wereld wordt verkondigd.” Romeinen 1:8

 

Paulus was nog niet in Rome. Hij was al graag ook daar geweest om de gemeente in Rome juist te versterken in hun geloof. Toch is het niet zo dat Paulus niet aan deze gemeente denkt. Het is ook niet zo dat bij hem alleen die gemeenten belangrijk zijn waar hij gewerkt heeft. Het gaat Paulus niet om zijn werk. Hij staat in dienst van Christus die Zijn kerk door mensen heen bij elkaar brengt. Waar Hij wil, wanneer Hij wil en door wie Hij wil. Het is het werk van God!

Paulus laat aan de gemeente in Rome dan ook merken dat hij aan ze denkt. Dat er bij hem ook het gebed voor hen is. Dan is er bij Paulus in de eerste plaats het dankgebed. Hij dankt voor het werk dat Christus in Rome heeft gedaan. Hij dankt voor het geloof dat er in Rome gekomen is. Hij dankt niet alleen voor enkelen in de gemeente. Mensen die hij kent. Nee, hij dankt voor iedereen die bij deze gemeente door het geloof in Christus hoort. Dat danken van God laat zien dat Paulus het ontstaan en bestaan van deze gemeente ziet als werk van God! Zonder de Geest van God, zonder dat Christus mensen stuurde om er het evangelie te brengen, was er nooit een gemeente daar ontstaan.

Dit leert ons om te danken voor elke gemeente op de wereld die in geloof, in liefde voor Christus en Zijn Woord kerk is. Wij kunnen dat niet overzien, maar we danken voor al het werk dat Christus doet.

Het is dan ook heel bijzonder dat er juist in de stad waar de troon van de keizer staat een kerk van Christus ontstaat. De keizer en later alle vervolgingen kunnen dat niet verhinderen. Geen aardse macht kan ervoor zorgen dat Christus Zijn kerk niet bij elkaar brengt waar Hij dat wil. Dat is iets om zo dankbaar voor te zijn!

Zonder Christus en Zijn werk om Zijn kerk bij elkaar te brengen zou er namelijk geen kerk zijn. Nu kan Paulus zeggen dat de mensen overal waar hij komt over de kerk in Rome praten. Zelfs daar vlak bij de troon van de keizer is er een kerk van Christus die de Koning van de koningen is. Geen macht op aarde kan tegen Christus als de Zoon van God en de Verlosser van zonde, schuld en zelfs van de dood op! Niemand kan mensen het eeuwige leven geven. Dat kan alleen Koning Christus, die meer is dan alle keizers en machthebbers op aarde.

 

“Genade vir julle en vrede van God, ons Vader, en die Here Jesus Christus.” Romeine 1:7

 

Mense groet mekaar. Hulle wens mekaar die goeie toe. Alles van die beste vir jou.  Wat is die beste? Die beste is dat ons in God se genade en vrede deel. Dit is die groet waarmee Paulus na die gemeente in Rome kom. Paulus kan vir hulle die genade toewens. Die rede daarvan is dat die HEERE vir ons ‘n goedgunstige, welwillende God wil wees. Hy wil ons Sy liefde gee. Hy het dit gewys in die stuur van die Here Jesus. Die HERE het na die sondeval dadelik Sy genade gewys deur in Genesis 3:15 die Verlosser te beloof. Ondanks ons wil God as Vader ons laat deel in Sy genade. Dit beteken dat wie op die HERE bou en by Christus vergifnis soek uitsig op ‘n lewe kry dat nog net goed is! De Vader stuur in Sy genade Sy Seun om vir wie glo vrede met Hom te maak.

Calvyn skryf by hierdie vers die volgende woorde: “Daarom is de enigste grondslag van ons geluk die welwillendheid van God, waardeur ons ware en blywende geluk geniet en ons saligheid selfs ook deur teenspoede bevorder word. Daaruit dan, dat hy die vrede van de Here afbid, verstaan ons dat alle goeie dinge wat tot ons kom, vrug is van goddelike weldadigheid.”

Laat ons oë en ons hart in die eerste pel op God gerig wees. Nie as die God van wie ons net die oordeel kan verwag nie. Juis die God wat vir sondaars soos ek en jy Sy genade en vrede wil gee. Laat die ook so wees dat ons met Christus verbonde dan ook God se vrede en genade vir die mense rondom wil wys. Aan almal want die Here God wys dit vir alle mense om hulle te roep. Ons lees dit o.a. in Matteus 5: “Maar Ek sê vir julle: Julle moet julle vyande liefhê en bid vir hulle wat julle vervolg., sodat julle kinders van julle Vader in die hemel kan wees. Hy laat immers Sy son opkom oor slegte en goeie mensen en hy laat dit reën oor wetsgehoorsames en wetsverbrekers. As julle diegene liefhet wat vir julle liefhet, verdien julle dan enige beloning? Maak die tollenaars nie ook maar so nie?” vs 44-46

 

“Aan allen die in Rome zijn, geliefden van God en geroepen heiligen: genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heere Jezus Christus.” Romeinen 1:7

 

Paulus schrijft bewust aan de kerk van Christus in Rome. In deze wereldstad.  Een stad waar je toen de wereldmacht zag. Waar de keizer regeerde. Als je niet beter wist, zou je denken dat vanuit Rome alles besloten werd. Ook een stad waar veel goden vereerd werden. Je moest de goden te vriend houden om ervoor te zorgen dat je de macht in handen kon houden. Je moest de goden te vriend houden om ervoor te zorgen dat het Romeinse Rijk in stand bleef en zich nog kon uitbreiden. Daarbij komt dat de keizers zichzelf al meer als een soort goden gaan zien die goddelijke verering verdienen.

Aan mensen in die stad schrijft Paulus als apostel. Mensen die verder kijken dan de macht en glorie van de keizers, die verder kijken dan de verering van allerlei goden. Mensen die hebben leren zien en geloven dat Jezus Christus als de opgestane vanuit de hemel regeert. Die hebben geleerd om als ze onrecht moeten verdragen te weten dat er bij Christus toekomst is, ook als je heel je leven op aarde verdrukt wordt. Rome is ook de stad van de kruisen. Juist daar hebben regelmatig veel kruisen met daarop slaven en mensen uit de onderkant van de samenleving om de boodschap uit te sturen dat deze mensen niet moeten denken in opstand te komen. Er waren tijden dat meer dan de helft van de inwoners in deze stad slaven waren. Je moest zorgen dat deze mensen hun plaats kenden.

In Rome is een gemeente waarvan ook slaven lid zijn die geloven in Christus die aan het kruis op Golgotha gestorven is. Hij heeft daar de straf voor de gelovigen gedragen. Ook voor gelovigen die aan een kruis, in de arena of door andere gruwelijke handelingen om hun geloof de dood worden ingejaagd. Deze kinderen van God mogen geloven, mogen zeker weten dat hun het heerlijke eeuwige leven wacht. Verdiend voor Jezus Christus. Gods vrede is zoveel meer en beter dan je eigen zondige hart volgen en de geest van de tijd volgen. Al lijkt dat zo goed. Geliefd zijn door Christus bij God is het beste wat je kan overkomen.

 

 “Onder wie julle ook is, julle wat deur Jesus Christus geroep is.” Romeine 1:6

 

Die Here Jesus leef. Hy is God se Seun. Hy het uit die dood opgestaan. Die gemeente in Rome is daarvan self ’n bewys. Hulle het die evangelie gehoor waarin hulle tot liefde en gehoorsaamheid aan Christus opgeroep word. Hulle het aan daardie boodskap gehoor gegee! Paulus skryf nou sy brief om onder hierdie broers en susters in geloof die geloofsgehoorsaamheid te bevorder.  Die gemeente in Rome leer so ook om weer ander met hierdie evangelie op te soek en tot die gehoorsaamheid in geloof op te roep.

Waar ‘n gemeente van Christus bestaan waar regtig die evangelie verkondig word, klink die roep om Christus te volg. Om in die Drie-enige God as die enigste God te glo en Hom op Sy Woord in liefde te volg. ‘n Kerk wat regtig vanuit die evangelie van Christus leef, is ‘n kerk wat Christus se roepstem volg. ‘n Gemeente wat deur Christus ontstaan het! Dit is Sy werk. Ons moet mooi bedink dat dit gebeur het in ‘n omgewing waarin ander gode gedien word. Waar die groot, groot meerderheid nie die HERE dien nie en ‘n heeltemal ander lewe lei as wat God se wil is. ‘n Lewe wat vir ons sondige hart baie meer aangenaam voel. Nogtans ontstaan daar ‘n kerk van Christus. Juis in daardie stad waar mense die grootheid van die keiser sien en waar die verleidings om ‘n lewe los van God te lei volop aanwesig is.

Die duiwel kan daar sy mag vol van verleiding op allerhande maniere en terreine uitvoer. Nogtans laat Christus sien dat Hy leef. Ook hier vind ons ‘n kerk van Christus. Paulus skryf in opdrag van Christus ‘n brief om hierdie gemeente juis in die ware geloof te sterk. Ons het ook wat in hierdie brief geskryf word nodig om in 2024 as gelowige en as gemeente van Christus bemoedig en geleer te word.    

 

Namelijk Jezus Christus, onze Heere. Door Hem hebben wij genade en het apostelschap ontvangen tot geloofsgehoorzaamheid onder alle heidenen, ter wille van Zijn Naam."  Romeinen 1:4b-5

 

Waarop is het werk van Paulus als apostel van Jezus Christus gericht? Op het bewerken van geloofsgehoorzaamheid bij zijn hoorders. Zo laat de Heilige Geest ons ook zien wat het doel is van de verkondiging van het evangelie. Dat wie het hoort er toe komt om in Christus, in de Drie-enige God te geloven en Hem in liefde gehoorzaam te zijn.

Het gaat er om dat wij horen. Dat betekent in de eerste plaats dat we echt luisteren. Dat we ook met de verwachting naar de kerk gaan dat we moeten luisteren. Een kerkdienst gaat er niet om wat wij er kunnen doen en hoe wij tot een ervaring kunnen komen die wij graag willen. We komen er om naar de HEERE te luisteren. Om het Woord van Christus te horen. Wanneer dat Woord er klinkt dan zijn we daar waar Christus Zijn kerk bij elkaar brengt. Zijn Woord is beslissend voor het kerk zijn. Het luisteren is dan niet vrijblijvend. Het horen vraagt dan ook om echt volgen. Echt in het spoor gaan van het Woord dat Christus laat horen. Daarom is echte verkondiging van het Woord in de lijn van at Paulus is opgedragen ook altijd oproep tot geloof en bekering. Met de echte uitnodiging dat Christus je dat door de Geest ook wil geven.

Het gaat dus om horen en op het horen volgen en dat betekent dan gehoorzaamheid. In onze tijd is het woord gehoorzaamheid iets wat tegenstand oproept. Ook het woord moeten heeft bij velen een negatieve klank. Toch is dat helemaal niet nodig. De gehoorzaamheid waartoe Christus door de verkondiging van het evangelie oproept is zo goed, zo mooi, zo hoopvol, zo zeker! Christus laat in Zijn boodschap, in Zijn Woord zien wat het echte goede leven is en dat wie vanuit dat evangelie leeft eeuwig leven heeft. Het is ons verkeerd verlangen waardoor we botsten op die gehoorzaamheid, op dat moeten. De Geest wil ons de liefde voor dat goede leven leren. Wil ons ook troosten als dat ons zeer doet, omdat we nog anders willen. Hij laat ons dan zien dat er bij Christus vergeving is. Dat we op weg zijn naar iets wat eeuwig zo goed en mooi is. Dat het zoveel meer is dan wat wij volgens ons eigen gevoel nu moeten missen omdat  we Christus volgen.

 

Namelijk Jezus Christus, onze Heere. Door Hem hebben wij genade en het apostelschap ontvangen tot geloofsgehoorzaamheid onder alle heidenen, ter wille van Zijn Naam. Romeinen 1:4b-5

 

Paulus wijst op de bijzondere plaats van Jezus Christus. Hij is de Heer! De Heer van Paulus en ook die van de gemeente aan wie hij schrijft. Jezus Christus is de Heer over elk schepsel. Hij is de Heer over alle machthebbers.

Dat heeft Hij in het leven van Paulus op een heel bijzondere manier laten zien. Hij heeft Paulus die de gemeente van Christus met haat in zijn hart tegen Christus vervolgde, geroepen om nu juist Zijn knecht te zijn. Om juist de boodschap van Christus als de goede boodschap te brengen. Dat we hierin de opdracht en ook de genade van God zien komt heel mooi bij elkaar in wat Paulus aan zijn medewerker Timotheüs schrijft: “En ik dank Hem Die mij kracht gegeven heeft, namelijk Christus Jezus, onze Heere, dat Hij mij trouw geacht heeft, toen Hij mij een plaats gaf in de bediening, mij, die vroeger een godslasteraar was, een vervolger en een verdrukker. Maar mij is barmhartigheid bewezen, omdat ik het in onwetendheid gedaan heb, in ongeloof. De genade van onze Heere is echter zeer overvloedig geweest, met geloof en liefde, die er is in Christus Jezus. Dit is een betrouwbaar woord en alle aanneming waard dat Christus Jezus in de wereld gekomen is om zondaars zalig te maken, van wie ik de voornaamste ben." 1 Timotheüs 1:12-15

Steeds weer lezen we Gods Woord dat Jezus Christus Verlosser en Heer is. Die twee zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Je gaat Christus niet gehoorzaam zijn als je Hem niet als de Redder van je leven kent. Als je niet zoals Paulus je zonden kent en leert dat je elke dag bij Christus moet zijn voor vergeving. Dat Hij de straf heeft willen dragen die ik verdiend heb. Je kent Christus niet als Verlosser als je je Hem niet wilt als de Verzoener van jouw schuld. Als je hem kent in Zijn onverdiende liefde voor jou ga je vragen: Heer wat wilt U dat ik doen zal. Hoe ik mijn leven inricht in alle dingen van mijn leven. Dan wil je Christus gehoorzaam zijn, omdat je Gods onverdiende liefde door Hem hebt leren kennen. Dan is geloven niet meer iets wat er ook bij hoort. Christus en leven voor Hem is dan je leven geworden.

 

“Wat na die Gees van heiligheid op grond van Sy opstanding uit die dood kragtig aangedui is as die Seun van God – Jesus Christus, ons Here.”. Rom 1:4

 

 Paulus is in opdrag van Jesus Christus apostel. Hy het die opdrag van die Here Jesus gekry om aan Jode en Grieke die evangelie te verkondig. Om ook vir mense wat niks of baie min van de HERE weet te vertel wie Hy is. Om te vertel dat Vader in die hemel Sy eie Seun na die wêreld gestuur het om mense te red. Om te vertel wie die Here Jesus is en wat Hy gedoen het. Ons moet mooi bedink dat die verkondig van die evangelie, die vertel van wie God is, wie Christus is nie iets is wat geen resultaat kan oplewer nie. Dit is so dat ons vanuit onsself God en Sy boodskap verwerp. Nie omdat God ons nie goed gemaak het nie. Hy het! Hy het ons so gemaak dat ons Hom altyd met ons hele hart kon dien en liefhê. Ons het teen die ene God wat goed is gekies. Ons het onsself  tot slegte mense gemaak. Die HERE stuur Sy Seun om die straf op Hom te neem wat ons vir ons verkeerde keuse en keuses verdien het. Paulus is deur Christus gestuur om soveel moontlik mense dit te vertel en hulle tot geloof op te roep.

Dit is nie ‘n hopelose onderneming nie. Hoekom nie? Omdat Jesus Christus leef! Hy het gesterf maar uit die grafte opgestaan. Hy het die dood oorwin. Hy het na die hemel gegaan en regeer nou vanuit die hemel. Hy het saam met die Vader die Gees oor Sy volk uitgestort. Die Gees wil deur die verkondiging van die evangelie ons hart bereik. Hy gee op die gebed dat ons nie meer vir onsself en die sonde kies nie maar vir Jesus Christus as die Here van ons lewe. Dit is nie dat ons net glo wat Christus vroeër gedoen het nie. Dit is dat ons met ons hart bely dat ons Christus as Verlosser elke dag nodig het en dat Hy leef. Dat ons Hom wil volg as die Koning van ons lewe. Dat ons die Gees bid om met ons hart en met ons mond, hande en voete volgeling van Jesus Christus te wees. Jesus Christus wat leef.  

 

Spelen we een rol of rollen in ons leven? 

“U zult geen vals getuigenis spreken tegen uw naaste” Exodus 20:16

 

Ik kom nog een keer terug op wat ik gisteren schreef.  Dit naar aanleiding van wat een minister hier in Nederland zei en wat ik op meerdere gebieden in de samenleving ook terugzie. Het was namelijk zo dat een van onze ministers zei dat hij als hij nog Kamerlid was geweest er ook stevig in was gegaan en geëist had dat een bepaalde zaak nu geregeld moet worden. Nu doet hij dat niet, want als minister heeft hij een andere rol en ziet dat het heel moeilijk te regelen is. Aan die rol moest hij nog wat wennen.  Hier zie je nu het failliet en de onbetrouwbaarheid in politiek en bestuur. Natuurlijk hebben mensen verschillende verantwoordelijkheden in het leven. Maar nooit anders dan dat je samen naar het beste voor anderen zoekt. Dat je een mens uit een stuk bent voor de HEERE.

Dat je samen de feiten onder ogen ziet en niet uit bent om die dingen te zeggen die je de meeste sympathie en stemmen opleveren. Als je juist de stemmen zoekt en de sympathie van mensen ben je bezig om te liegen. Om niet echt je verantwoordelijkheid te nemen voor Gods ogen.

Wanneer je kijkt naar veel verkiezingscampagnes in de wereld is dat een groot zondig schandaal. Er wordt zo gepraat dat het mensen aanstaat en de ander zoveel mogelijk in een kwaad daglicht zet. Wat zou het een zegen zijn als mensen in de samenleving en in de kerk niet eigen belang, niet eigen partij of organisatie op nummer 1 zouden zetten. Maar samen juist echt met een open hart het goede voor de ander zouden zoeken. Mensen echt verantwoordelijk samen zouden werken. Ook als dat stemmen kost of jou de sympathie van anderen kost.

Dat is juist wat de HEERE die uit een stuk is van ons vraagt. In alle verantwoordelijkheden die we in ons leven hebben. Dat is het onpartijdige leven dat de HEERE van ons vraagt. Uit een stuk vanuit het liefhebben van Christus en daarom in liefde voor elke naaste.

 

Vrijheid van meningsuiting absoluut?

“U zult geen vals getuigenis spreken tegen uw naaste” Exodus 20:16

We horen in het nieuws steeds weer mensen zeggen dat de vrijheid van meningsuiting er altijd moet zijn. Op de manier dat iedereen altijd moet kunnen zeggen wat hij denkt of meent te moeten zeggen. Niemand mag maar op enige manier de mond gesnoerd worden. Ook op sociale media moet iedereen over iedereen kunnen beweren wat hij of zij denkt. Voor velen klinkt dat goed in de oren. We willen in niets beperkt worden.
Hoe moeten we hier tegenaan kijken vanuit wat de HEERE in de Bijbel zegt? Laat ik het duidelijk zeggen: Deze mening komt van de duivel en van niemand anders. Het betekent namelijk dat frank en vrij leugens kan verkondigen en ongegrond levens van andere mensen kan beschadigen en ruïneren. De Here Jezus zegt over leugens in Johannes 8 dit: “U bent uit uw vader de duivel, en wilt de begeerten van uw vader doen; die was een mensenmoordenaar van het begin af, en staat niet in de waarheid, want er is in hem geen waarheid. Wanneer hij de leugen spreekt, spreekt hij vanuit wat van hemzelf is, want hij is een leugenaar en de vader van de leugen.” Vs 44
We hebben onze mond te gebruiken om de waarheid te dienen. Om God te dienen en onze naaste. Daarbij horen woorden die niet waar zijn, maar voor onze campagne om gekozen te worden of om bij iemand in een goed blaadje te komen niet bij. Vrijheid van meningsuiting die liegt en onverhoord veroordeelt, ligt onder Gods oordeel. Ook als wat die ander wil voor ons sympathiek klinkt. Tot in ons eigen hart hebben we te bestrijden dat we dingen zeggen die niet in overeenstemming met de feiten zijn of die zo de feiten weergeven dat er toch een verkeerd beeld van de ander ontstaat. Laten we beseffen dat wie zo vrijheid van meningsuiting gebruikt onder Gods oordeel valt en dat zal merken als de Here Jezus terugkomt. De Here Jezus zegt daarover zelf dit: “Maar Ik zeg u dat de mensen van elk nutteloos woord dat zij zullen spreken, rekenschap moeten geven op de dag van het oordeel. Want op grond van uw woorden zult u rechtvaardig verklaard worden, en op grond van uw woorden zult u veroordeeld worden.” Mattheus 12:36,37

 

“Wat na die Gees van heiligheid op grond van Sy opstanding uit die dood kragtig aangedui is as die Seun van God”. Rom 1:4

 

 Paulus verkondig Christus. Hy is deur Christus gestuur. Wie is Jesus Christus? Hy is God wat mens geword het. Hy word al dadelik by die aankondiging van Sy geboorte as Seun van God aangedui. Ons lees dit as die engel Gabriël by die maagd Maria in Nasaret kom. Die engel sê dan o.a. dit in God se naam: “Moenie bang wees nie, Maria, want jy het genade by God gevind. Kyk, jy sal swanger word en aan ‘n seun geboorte skenk. Jy moet Hom Jesus noem. Hy sal magtig wees, en die Seun van de Allerhoogste genoem word. En die Here God sal aan Hom die troon van Sy voorvader Dawid gee. Hy sal vir ewig oor die nageslag van Jakob regeer. Aan Sy heerskappy sal daar geen einde kom nie.” Lukas 1:30-33

God se boodskapper kondig die geboorte van die beloofde Verlosser aan. Die Seun van God wat mens word en uit die familie van Dawid word gebore. Die HERE voer Sy belofte, Sy plan uit. Hy is die Allerhoogste wat altyd kan doen wat Hy wil. Wat altyd trou is aan Sy beloftes. Wanneer Jesus Christus op aarde leef, wys Hy steeds weer dat Hy meer as ‘n mens is. Selfs meer as ‘n sondelose mens. Hy vergeef sondes wat net God kan doen. Hy genees en laat mense uit de dood opstaan. Hy verneder Hom tot op die kruis maar nogtans het Hy steeds weer gewys dat Hy God is. God en mens om vir hulle wat na Hom vlug die straf en die oordeel van God op Hom te neem.

Hy sterf. Aan die kruis. Hy word in die grafte gelê. Dit lyk asof Hy niks anderste as ‘n baie goeie mens was nie. Dan is daar die derde dag na Sy dood. Hy staan op uit die dood. Hy is God en daarom is Hy dit wat oor dood en lewe beskik. Die werk van God se Seun as die Verlosser is die werk van de Drie-enige God. Die Gees is ook daarby betrokke. In die opstanding van Christus word so duidelik dat Hy regtig die Seun van God is wat niks en niemand dood kan kry nie. Hy deel die verlossing deur Hom verdien uit aan elkeen wat vergifnis en nuwe lewe by Hom soek. Ook vandag en in die toekoms.

“Ten aanzien van Zijn Zoon, Die wat het vlees betreft geboren is uit het geslacht van David.” Romeinen 1:3

 

Waar gaat het over als het om de goede boodschap die van God komt gaat? Dat is een boodschap die een kern heeft. Die kern is Jezus Christus. Dat is dat de Here Jezus de Zoon van God is die naar de wereld gekomen is. Dat is dat God zelf mens geworden is om wat de we lezen in Johannes 3:16-18: “Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden. Wie in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar wie niet gelooft, is al veroordeeld, omdat hij niet geloofd heeft in de Naam van de eniggeboren Zoon van God.”

Als je erover nadenkt dat Gods liefde zo diep en ver gaat dat Hij in de Zoon mens wordt. Dat Hij in Christus gekomen om ons hele menselijke zondige bestaan te dragen en zo de straf tegen onze zonden op zich te nemen, gaat je verstand duizelen. Eigenlijk niet te bevatten, niet op waarde te schatten. Zo groot!  Dan ga je ook begrijpen dat als je die liefde in ongeloof verwerpt er Gods oordeel is. Wat is het belangrijk dat we Gods liefde in Christus vastgrijpen om daarvan en daarin te leven.

Dat Gods liefde in Christus er is en zo diepgaat, is maar niet een of ander sprookje. Dat is er echt omdat de HEERE trouw is. Dat zie je ook als Paulus hier schrijft dat Jezus Christus uit het geslacht van David geboren is. Dat had de HEERE al heel lang voor de geboorte van de Here Jezus uit de maagd Maria belooft. De beloofde Verlosser wordt in Ezechiël 34 zo aangekondigd: “Ik zal over hen één Herder doen opstaan en Die zal ze weiden: Mijn Knecht David. Híj zal ze weiden en Híj zal een Herder voor ze zijn. En Ik, de HEERE, zal een God voor ze zijn, en Mijn Knecht David zal Vorst zijn in hun midden. Ík, de HEERE, heb gesproken.” vs 23,24. Ezechiël schrijft dit als David al honderden jaren gestorven is. De grote nakomeling van David zal komen. Ezechiël schrijft dit honderden jaren voordat de Here Jezus uit het huis van David geboren wordt. De HEERE is altijd trouw en doet wat Hij beloofd heeft. Op Hem kunnen we aan.

 

“wat Hy reeds tevore deur Sy profete in die Heilige Skrif beloof het aangaande Sy Seun” Romeine 1:2,3a

 

 Paulus is deur Christus geroep om Sy apostel te wees. Hy word geroep om op ’n spesiale manier dienaar van die Woord te wees. Hy kom as iemand wat deur Christus gestuur word nie met sy eie boodskap nie.  Hy kom ook nie met ‘n boodskap wat nuut is nie. Hy kom vertel dat wat die HERE in die tyd van die Ou Testament beloof het werklikheid geword het.  Christus wat as die Verlosser in die Ou Testament deur God beloof is, het gekom. Hy het Paulus persoonlik opgesoek en laat weet wie Hy is. Paulus mag sowel vir Jode as vir mense van alle volke vertel dat die geloof in Christus verlossing beteken. Hy gaan van Christus vertel en mense oproep tot Hom te kom. ‘n Oproep tot geloof en bekering. Hy gaan in Christus se naam kerke wat ontstaan het die pad wys en oproep om by die evangelie te bly.

Ons lees in die Skrifte die heerlike belofte dat eendag die Verlosser kom en die evangelie dan juis ook vir alle volke is. Ons lees dit o.a. in Genesis 12. Die HERE roep dan Abram op om sy eie land te verlaat en na die land te gaan wat de Here God hom sal wys. By daardie geleentheid sê die HERE: “Ek sal jou ‘n groot nasie maak; Ek sal jou seën en jou naam groot maak; sodat jy ‘n seën sal wees. Ek sal hulle seën wat jou seën; maar wie jou verwens, sal Ek vervloek. En deur jou sal al die grootfamilies (nasies RV) van die aarde geseën wees.”  Sien ook Gen 18:18 Die Gees self maak vir ons in die Nuwe testament duidelik dat de Gees hier al beloof dat mense uit alle volke tot Christus kan kom. Ons lees in Galasiërs 3: “En  omdat die Skrif dit vooruit gesien het dat God die heidene op grond van geloof regverdig sou verklaar, het die Skrif die evangelie reeds vooraf aan Abraham verkondig:  “In jou sal al die nasies geseën word.” Daarom word die mense wat glo, saam met die gelowige Abraham geseën.” vs 8,9

Paulus kan ‘n brief skryf aan die kerk in Rome wat uit Jode en heidene bestaan en wat saam van die evangelie van God wil leef. Saam deur geloof in Christus verbind.

 

“afgezonderd tot het Evangelie van God, dat Hij tevoren beloofd had door Zijn profeten, in de heilige Schriften,” Romeinen 1:1,2

Christus heeft Paulus geroepen om het evangelie van God te brengen. Niet maar ergens achteraf maar zoveel mogelijk over deze wereld. Dat wordt al duidelijk wanneer Paulus door Christus geroepen in Damascus is. Dan is het broeder Ananias die van de Christus de opdracht krijgt om naar Paulus te gaan. Ananias ziet dat eigenlijk niet zitten. Moet hij naar die man die bekend staat als een van de ergste vervolgers van de broeders en zusters in geloof? Hij vertrouwt die man helemaal niet. Dan maakt de Here Christus duidelijk dat Hij juist deze man gaat gebruiken bij de verkondiging van het evangelie. Christus laat zien dat Hij voor die verkondiging gebruikt wie Hij wil en wanneer Hij wil. Hij is de Heer!
Christus zegt dan tegen Ananias o.a. dit: “Ga, want deze is voor Mij een uitverkoren instrument om Mijn Naam te brengen naar de heidenen en de koningen en de Israëlieten.” Handelingen 9:15
We lezen in vers 1 dat het gaat om het evangelie van God. Het is niet zomaar een goede boodschap. Evangelie betekent namelijk goede boodschap. Mensen kunnen allerlei boodschappen brengen die goed lijken of goed voelen. Er zijn onder mensen ook echt goede boodschappen, maar het is nooit een boodschap die verder reikt dan de dood. Het is nooit een boodschap die verder gaat dan het leven hier en nu. Het is nooit een boodschap die laat zien hoe er eeuwige vrede met God in je leven kan komen. Die vrede van God kan er zelfs niet komen door Gods wet. Dat is zo omdat ons zondige hart tegen Gods wet opstaat en overtreedt. Christus roept Paulus om die enige echte goede boodschap die van God komt te verkondigen aan Joden, heidenen en ook aan machtigen en koningen. Zelfs aan de keizer. Dat evangelie moet gehoord worden. Christus die de inhoud van dat evangelie is moet ons voor ogen geschilderd worden. Dat gaat Paulus doen in opdracht van de Heer. Dat is geen nieuw evangelie. In het Oude Testament komt dat al naar ons toe. Daarover morgen meer.

 

“Paulus, ’n dienskneg van Christus Jesus, ’n geroepe apostel afgesonder vir die evangelie van God.” Romeine 1:1

 

 Paulus dien hom by die kerk van Rome aan as ’n geroepe apostel. Dit is nie so dat Paulus homself apostel noem nie. Dit is nies o dat hy homself die eer toeëien dat hy ’n apostel is nie. Hy maak duidelik dat hy deur Jesus Christus self geroep is. Met Christus se eie stem uit die hemel. Ons lees daarvan in Handelinge 9 Paulus wat ook die naam Saulus gehad het, was iemand wat die Here Jesus en Sy volgelinge gehaat het. Hy was na Damaskus op pad om christene gevange te neem. Hy was bly as van die christene in die tronk gekom het of doodgemaak het. In sy hart was niks wat daarna verlang het om Jesus Christus se apostel te wees nie.

Ons lees dan in handelinge o.a. dit: “Terwyl hij onderweg was, en naby Damaskus kom, het ’n lig uit die hemel hom skielik omstraal, en hy het op die grond neergeval en ’n stem vir hom hoor sê: “Saul, Saul, waarom vervolg jy My? Hy het gevra: “Wie is U, Here?” En Hy antwoord: “Ek is Jesus wat jy vervolg. Maar staan op en gaan na die stad en daar sal vir jou gesê word wat jy moet doen.” Vs 3-6

Die Here Jesus het Paulus met Sy eie stem geroep om Sy apostel te wees. Dit is Christus wat Paulus onderwys gee sodat Paulus soos die ander apostels oor en ooggetuie van Hom op hierdie aarde kan wees.  Sien o.a. Gal 1:15-17; 2 Korinthe 12;1-7; Efese 3:2,3  

Paulus is een van die apostels wat deur Christus self geleer is en nou afgesonder is om die evangelie van God te bring. ’n Man wat maar nie ’n plaaslike ampsdraer is nie maar iemand wat orals met die gesag van Christus kom vertel wat die ware evangelie is. Die Gees sorg daarvoor dat hierdie brief aan die Romeine in die Bybel ’n plek gekry het. Ons hoor en lees in hierdie brief die ware evangelie. Die boodskap wat regtig goed is vir ons. Wat vra om geloof en gehoorsaamheid aan Christus.

 

 

Paulus, een dienstknecht van Jezus Christus, een geroepen apostel, afgezonderd tot het Evangelie van God Romeinen 1:1

Paulus schrijft een brief aan de gemeente van Rome. Dat is toch wel bijzonder als je daarover nadenkt. Het is namelijk een brief aan een gemeente waar hij nog nooit geweest is. Een gemeente waar hij nooit gewerkt heeft. Het is een gemeente die al langer geleden ontstaan is. Waarschijnlijk door het contact dat gewone gemeenteleden in Rome hadden en daar van de Here Jezus verteld hebben. De Geest heeft ervoor gezorgd dat er een gemeente ontstaan waarin zowel mensen met een Joodse achtergrond als mensen met een heidense achtergrond deel van uit maken. Het is een gemeente die al langer bestaat, omdat Paulus in deze brief ook schrijft dat er in de wereld over het geloof van deze gemeente gesproken wordt.
Wat geeft Paulus het recht om aan deze gemeente als buitenstaander te schrijven? Wat geeft Hem het recht om zich te bemoeien met het geloof in deze gemeente. Paulus is toch geen ambtsdrager in deze gemeente? Let er dan op hoe Paulus zich aan het begin van deze brief aankondigt. Wie is hij?
Hij noemt heel kort zijn naam. Zelf is hij als persoon niet belangrijk. Het mag een dienaar van het woord nooit om zijn eigen naam gaan. Paulus maakt duidelijk dat hij een dienstknecht van Jezus Christus is. Hij staat helemaal in Zijn dienst. Het leven is voor Hem Christus 24 uur per dag. Wat voor deze brief nog belangrijker is, is: “een geroepen apostel”. Hij komt en schrijft maar niet uit zichzelf als iemand die zich graag met anderen bemoeit. Hij is een apostel. Dat betekent dat hij gestuurd is om namens iemand anders met een boodschap te komen. Dat heeft hij maar niet zelf bedacht. Hij is namelijk geroepen! Jezus Christus zelf heeft hem vanuit de hemel geroepen toen hij op weg was naar Damascus. Hij is door de Geest er toe gebracht om deze brief aan de Romeinen te schrijven. In deze brief hebben we te maken met het echte zuivere Woord van God. Het Woord van Christus. Morgen verder.