NIEUWE KLEREN
Enkele gedachten op tweede Paasdag 2025
Een paar lijnen
We vieren het Paasfeest. Wat is dat een geweldig feest. Je wilt het de hele wereld uitnodigend toeroepen: De Here Jezus is opgestaan! De dood heeft niet meer het laatste woord. Het paasfeest bruist van blijdschap en uit zicht. Er is hoop. Niet in de zin dat er nog iets moois gaat komen, maar dat het zeker is dat het komt. Het word je aangeboden! Christus word je in het Woord van Zijn opstanding voor ogen geschilderd met de uitnodiging: Ga naar Christus als de heer van je leven en je onvoorstelbare toekomst is zeker.
Juist doordat Hij als de beloofde Redder naar de wereld gekomen is. Hij die Zijn unieke lijdensweg gegaan is om zo de zonden en de schuld te dragen die tot Hem vluchten met hun leven. Voor hen draagt Hij de schuld weg om een schuldeloos voor God te komen en dan dat heerlijke leven in te gaan.
In het Oude Testament zijn het de door God voorgeschreven offers[1] die laten zien hoe Gods volk totdat Christus Zijn werk op aarde gebracht had, steeds weer herinnerd wordt aan de noodzaak van Christus komst als de drager van onze schuld en zonden.
Op een heel bijzondere manier op de Grote Verzoendag. Zie Leviticus 16. De Hogepriester moet zijn mooie hogepriesterlijke kleren uittrekken. Hij moet eenvoudige linnen kleren aantrekken. Zo doet hij dan, als beeld van Christus die Zijn heerlijkheid afgelegd heeft, zijn bijzondere werk op de Grote Verzoendag. Elk jaar weer. Elk jaar moet er grote schoonmaak in de tempel plaatsvinden. Om een volgend jaar verder te kunnen met de dienst van de verzoening.
Een van de prachtige uitzichten die er op die dag te zien zijn is het moment als de Hogepriester zijn werk gedaan heeft. De linnen kleren en de linnen tulband moeten weer uitgetrokken worden. De gewone Hogepriesterlijke kleren moeten weer aangedaan worden. De kleren die schitterend zijn en iets van Gods grootheid laten zien. De kleren waarop de borstlap met edelstenen voor alle stammen erop laat zien dat de HEERE met liefde en zorg Zijn volk op Zijn hart draagt.
Juist dat uittrekken van dat linnen kleed en die linnen tulband laat iets van die goede boodschap van de opstanding zien.
Kijk met me mee. De Here Jezus is gestorven. De spies in Zijn zij laat zien dat Hij echt dood is. Gelukkig mag Hij in het graf van een rijke begraven worden. Het nog ongebruikte graf van Jozef van Arimethea. Al een heerlijke aanwijzing dat er meer gaat gebeuren. Zie Jesaja 53:9.
Er is na de dood van de Here Jezus nog net, voordat de sabbat op voor ons 18.00 op vrijdag begint, tijd om het lichaam van de Here jezus in linnen doeken te wikkelen. Een cocon van doeken om Zijn lichaam. Hij krijgt linnen kleren aan. Ook nog een linnen tulband om Zijn hoofd. De dood moet doorstaan worden. Zijn vernedering als de beloofde Verlosser gaat tot in de dood, tot in het graf.
Het is zondagmorgen. Petrus en Johannes snellen naar het graf. Petrus gaat het graf in. Het lichaam van de Here Jezus zou weg zijn. Petrus ziet dat het zo is. Maar het lichaam van de Heiland is niet snel even gestolen. Nee, de cocon van doeken ligt leeg op de plaats waar het was neergelegd. Niet opgerold, maar als een lege cocon. De linnen doeken die om Zijn hoofd waren liggen keurig opgerold op een andere plaats in het graf. Zie Johannes 20.
De Here Jezus heeft als Verlosser de straf te dragen o.a. om als Hogepriester Zijn werk te kunnen doen voor Gods volk. De Hogepriester in het Oude Testament had het werk van verzoening dat op Christus offer aan het kruis, op het straf dragen van Hem wees, gedaan. Dan komt het moment dat hij weer zijn gewone hogepriesterlijke werk moet doen. Dan moet hij weer die prachtige kleren aandoen die wijzen op het ambt dat hij uitoefent. Zie Leviticus 16:23,24.
De Here Jezus is als de eeuwige Hogepriester, die het offer van Zijn leven tot in dood en graf gebracht heeft, opgestaan uit de dood. Hij heeft Zijn linnen doodskleren uitgedaan! Hij heeft weer de kleren aangedaan die bij Hem als de Levende, als de Hogepriester horen! Hij gaat als de levende, als de Overwinnaar over dood, duivel en zonde, het heiligdom in de hemel binnen bij Zijn hemelvaart. Daar is Hij onze Hogepriester. Hij leeft om het daar op grond van Zijn offer voor wie gelooft op te nemen. Lees maar mee: “En zij zijn wel in groten getale priester geworden, omdat zij door de dood verhinderd werden altijd te blijven, maar Hij, omdat Hij blijft tot in eeuwigheid, heeft een Priesterschap dat niet op anderen overgaat. Daarom kan Hij ook volkomen zalig maken wie door Hem tot God gaan, omdat Hij altijd leeft om voor hen te pleiten.” Hebreeën 7:23-25
“Ieder dan die Mij belijden zal voor de mensen, die zal Ik ook belijden voor Mijn Vader, Die in de hemelen is. Maar wie Mij verloochenen zal voor de mensen, die zal Ik ook verloochenen voor Mijn Vader, Die in de hemelen is.” Mattheus 10:32,33
Geweldig wat een evangelie! Dat alles omdat Christus het beslissende offer gebracht heeft om Gods toorn tegen onze zonden over zich te laten komen.
Enkele theologische ontwikkelingen
Juist als dit geweldige van het paasevangelie ziet en tot je laat doordringen, vallen bepaalde theologische ontwikkelingen je koud op je dak. Juist omdat de warmte van Gods liefde dat in Christus offer zo intens brandt aan de kant geschoven wordt. (Over deze ontwikkelingen hoop ik het uitgebreid te hebben op een studiedag 30 april voor in de eerste plaats de studenten van de AVGT en ook de predikanten die erbij kunnen zijn.)
Dan lees je het nieuwste boek van Stefan Paas waarin hij voor iedereen wil duidelijk maken wat het evangelie, de echte goede boodschap van het christelijke geloof is. Laat ik eerst schrijven dat hij heel pakkend, goed en beeldend kan schrijven. Dat doet hij ook in dit boek.[2]
Het ene opvallende waar ik nu op wil wijzen dat uit het evangelie dat Paas laat zien helemaal verdwenen is dat Christus door Zijn offer voor onze schuld betaald heeft. De verzoening met God doordat Christus de toorn van God tegen onze zonden gedragen heeft, is verdwenen. Dat gebeurt in dit boek op een bijzondere manier. In dit boek wordt gezegd dat het evangelie in verschillende beelden tot ons komt. Wij zouden kunnen kiezen uit die beelden. Daarmee kun je andere beelden aan de kant schuiven. Daarmee hoef niet het volle beeld dat de Geest geeft in rekening te brengen. Paas neemt afscheid van Christus die voor ons de toorn van God tegen onze eigen persoonlijke schuld draagt en betaalt door een bepaald beeld bewust niet in rekening te brengen. Je leest dat op pagina 100: “Die óffer-taal’, compleet met alle verwijzingen naar bloed, spreekt de meesten van ons niet echt aan, en we voelen waarschijnlijk ook niet meer goed aan hoe deze metafoor beleefd werd door mensen in die tijd., toen offers heel gewoon waren.”
Hiermee laat hij buitenbeschouwing wat de kern van Christus werk op aarde was. Het is daarbij dan ook opvallend dat in een boek met veel tekstverwijzingen dat wil duidelijk maken wat de inhoud van het Christelijk geloof is er maar twee keer naar Jesaja 53 wordt verwezen. Al in een eerder boek heeft paas erop gewezen dat het evangelie van verzoening door voldoening en daarbij persoonlijke bekering niet meer werkt. Dat spreekt mensen in onze tijd niet meer aan.[3]
De losse omgang met Gods Woord heeft ook te maken met wat we tegenwoordig ‘theologische exegese’ noemen. We aanvaarden allemaal de tekst van de Bijbel zonder erop in te gaan wat de hele tekst als God voluit betrouwbare Woord betekent. Als het ene boek waarvan de Geest de schrijver is. (Ook daarop hoop ik op de studiedag in te gaan)
Paas komt aan het einde van het boek er dan op uit dat hij niet kan voorstellen dat het eeuwig oordeel mensen zal treffen. Hij doet dat voorzichtiger dan Sonneveld[4] in zijn boek ‘Het einde van de hel. Toch lezen we aan het einde van het boek van Paas: “met eeuwige straf’ heb ik moeite, omdat ik niet zie hoe dat te verenigen is met een God van vrede. Ik bedoel niet dat een God van vrede nooit zou kunnen oordelen; dat lijkt me eerder een sentimentele dan een vredelievende gedachte. Maar het punt is: Gods oordeel is deel van zijn liefde. Oordeel is recht doen met het oog op vrede. Oordeel is alleen recht als het geopend is naar verzoening en vreugde. Is dat te rijmen met een altijddurend oordeel zonder kans op verzoening en vreugde? Ik zie niet hoe dat een rechtvaardig oordeel kan zijn in bijbelse zin. Gods vredestichtende liefde kan oordelen en zal oordelen, maar zij kan niet oordelen zonder ophouden. Dat zou geen recht doen aan de God van vrede. Wat vaak het ‘laatste oordeel ’wordt genoemd, kan in mijn ogen daarom alleen het voorlaatste oordeel zijn. Dat wil zeggen: niet ‘oordeel’ is het eindpunt van de geschiedenis, maar vrede. Dan zal God ‘alles in allen zijn’.[5]
Wat hier geschreven wordt, staat lijnrecht tegenover wat Christus zelf zegt en wat Christus zelf aan Johannes en daarmee aan ons laat zien in het boek Openbaring. Zie o.a. Mattheus 25:46; Openbaring 14 en 19.[6]
Christus opstanding laat zien dat Hij de Verlosser is die ook eens het eeuwig oordeel zal uitspreken. Wat is het belangrijk dat gereformeerde theologie ook getuigende theologie is. Niet iets om maar in die zin academisch te zijn dat we er steeds maar over discussiëren en er niet de vaste en duidelijke boodschap van God klinkt. Daarover nu nog een enkele opmerking.
Getuigende kerk en theologie
Meerder keren horen en lezen we dat we een duidelijk onderscheid tussen kerk en academie moeten maken. Ik begrijp dat onderscheid. Natuurlijk ga je op de preekstoel geen verhandeling houden waarbij kennis van Hebreeuws en Grieks verondersteld wordt. Je gaat geen verhaal over allerlei theologen houden. Je stelt bepaalde vragen in een academische omgeving en niet op de preekstoel of in een pastoraal gesprek. Er is onderscheid. Toch is de werkelijkheid een eenheid. Juist Christus opstanding uit de dood maakt duidelijk dat Hij de Heer over het hele leven is. Dat Zijn betrouwbare woord in alles de richting moet geven. Zowel voor het kerkelijke leven als voor zogenaamde academische theologie geldt dat Gods Woord, dat de Schrift bron en norm is. Wat tegen Gods Woord ingaat is geen theologie!
Als je nog even denkt aan het voorbeeld van Leviticus en beweert dat voorschriften voor de offers en Grote Verzoendag resultaat zijn van theologische ontwikkeling en nadenken in Israël is niet met theologie bezig maar met een eigen fantasiebeeld van de werkelijkheid.
Een ander voorbeeld is de vraag hoe het kan dat de eerste drie evangeliën op zoveel plaatsen letterlijk met elkaar overeenkomen. Is de grote reden daarvoor dat ergens een eerdere bron is die we niet kennen en nog nooit iets van gevonden hebben. Daarover is veel geschreven en zijn allerlei theorieën ontwikkeld. Is het nuttig en zinvol om daaraan zoveel tijd te besteden als je weet dat de Here Jezus met het oog op het ontstaan van het evangelie op Schrift dit gezegd heeft: “Maar de Trooster, de Heilige Geest, Die de Vader zenden zal in Mijn Naam, Die zal u in alles onderwijzen en u in herinnering brengen alles wat Ik u gezegd heb.” Joh 1426
Wat hebben we het nodig om juist het licht van Christus als de Levende te laten schijnen. Ook in de theologie. Dat we juist op theologische opleidingen om de studenten toe te rusten en voorbereiden op een leven waarin ze ook in de theologie getuigen van de enig levende God zoals Hij zich betrouwbaar in Zijn Woord geopenbaard heeft. Waarin Hij Zijn wil voor ons leven voor alle tijden en culturen gegeven heeft.
Dan kan het zijn dat je al opleiding je erkenning door de overheid en voor je graden verliest of niet kan krijgen. Dan is de vraag of we ons aan de wereld willen aanpassen of ons met al onze leden in dienst van de opgestane Christus willen stellen en willen lijden om Christus’ wil.
Echt wetenschappelijk is als we ook in onze theologie voluit van Christus getuigen en Gods Woord in alles voor ons bron en norm is. Wat is er mooier om als om zo in dienst van Christus te staan en ook zo een lieflijke geur voor God te willen zijn!
[1] In onze tijd wordt er geregeld gezegd dat de offers onder Israël eigenlijk bij andere volken vandaan komen. Bestaande gebruiken zouden dan door mensen met wat andere gedachten overgenomen zijn. Dat zou ook in de theologie een aanvaardbare lijn van denken zijn. Toch loopt dat helemaal stuk op wat we o.a. in Leviticus 1:1 lezen: “De HEERE riep Mozes en sprak tot hem vanuit de tent van ontmoeting:” waar komen de voorschriften voor de offers en ook voor Grote Verzoendag vandaan? Rechtstreeks van de HEERE! Hij riep Mozes naar de tent van de ontmoeting om hem daar te vertellen welke offers er moesten komen, hoe die gebracht moesten worden. Hij was het ook die vertelde hoe de Grote Verzoendag gevierd moest worden. Tot in veel details. Deze voorschriften zijn geen resultaat van menselijk theologische ontwikkelingen. Ook niet van zulke theologische ontwikkelingen onder leiding van de Heilige Geest. De tekst is daarvan niet het resultaat. Het is de HEERE zelf die deze woorden op het moment en op de plaats die genoemd wordt tot Mozes gesproken heeft. Mozes heeft dit weer doorgegeven op Gods bevel aan het volk.
[2] Paas, Stefan. 2025 De weg van vrede KokBoekencentrum Uitgevers, Utrecht
[3] Paas, Stefan. 2023 Vrede op aarde Kokboekencentrum Uitgevers, Utrecht
[4] Sonneveld, Reinier. 2025 Kokboekencentrum Uitgevers, Utrecht
[5] Paas 2025 p. 258,259.
[6] Daarover heb ik zelf iets geschreven dat je kunt vinden op:
https://avgt.nl/jezus-christus-voltrekt-als-de-strijder-het-oordeel/
https://www.evangeliebelijden.nl/het-einde-van-de-hel